Het Toestel Aan Zetten; Reinigen En Onderhoud; De Filtereenheid Reinigen - LIMIT LIVW13W48VI Manuel D'installation Et Utilisation

HET TOESTEL AAN ZETTEN

Een afwascyclus starten
1. Trek de korven uit het toestel, vul ze met de vuile afwas, schuif ze terug.
Het wordt aangeraden om eerste de onderste en vervolgens de bovenste korf te vullen. (Zie
onderdeel "vullen van de afwasmachine")
2. Vaatwasmiddel in gieten (Zie onderdeel "Zout, vaatwasmiddel en spoelmiddel")
3. Steek de stekker in het stopcontact. Stroom: 220-240 VAC /50 HZ. De specificatie op de
sokkel is 10A 250VAC. Wees er zeker van dat de watertoevoer goed open staat.
4. Open de deur, druk op de On/off knop, het schermpje zal oplichten.
5. Druk op de programmaknop. Het programma zal veranderen in de volgende volgorde:
Intensief – Normaal – Eco – 90min – Snel
Wanneer een programma geselecteerd is zal de LED oplichten. Sluit de deur, de
afwasmachine zal starten.
VERANDER HET PROGRAMMA
1. Een programma dat bezig is kan enkel veranderd worden indien het nog maar kort
bezig is. Anders kan het vaatwasmiddel reeds vrij gekomen zijn, het toestel kan het
afwaswater reeds opgepompt hebben. Wanneer dit het geval is, moet het
vaatwasmiddel bijgevuld worden. (zie "Vaatwasmiddel toevoegen")
2. Open de deur. Druk gedurende meer dan 3 seconden op de programmaknop. Het
toestel komt in standby. Nu kan u het programma veranderen. (zie "starten
afwascyclus")
Merk op: Wanneer u de deur opent tijdens een programma, dan zal het toestel in pause
gaan. Het licht van het programma zal niet meer pinken, de zoemer zal elke minuut
zoemen, tenzij u de deur sluit. Na het sluiten van de deur zal het toestel na 10 seconden
weer in werking treden.

Reinigen en onderhoud:

Haal altijd de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u het gaat reinigen. Gebruik
geen chemische oplosmiddelen of sterke reinigingsmiddelen omdat deze de esthetische afwerking
kunnen beschadigen. Reinig de buiten- en binnenwanden van de vaatwasser met een vochtige doek.

DE FILTEREENHEID REINIGEN

De filtereenheid bestaat uit een hoofdfilter (1), een centrale
filter (2) en een microfilter (3).
12