22
Programmakeuzeknop
Bij deze naaimachine kunt u kiezen uit verschillende
normale steken en siersteken. Op de programmakeuze-
knop (6) kunt u eenvoudig het gewenste steekpatroon
instellen.
Kies een ander steekpatroon altijd met de naald in de
hoogste stand.
Draai de programmakeuzeknop zo dat de gewenste
steek bij het pijltje staat.
TIP
Als de machine het gekozen naaiprogramma niet naait
draait u de programmakeuzeknop (6) eenmaal volledig
door en gaat u weer terug naar gewenste soort steek.
Steek lengte-instelling
Met de steeklengteregeling (11) kunt u de lengte van
het door u ingestelde steekpatroon kiezen. Draai de
steeklengteregeling zo dat het nummer van de gewens-
te steeklengte op het pijltje staat.
De getal geven ongeveer de steeklengte in millimeters
aan.
Instelling van de steekbreedte
Met de steekbreedteregelaar (4) kunt u de breedte van
een zigzagsteek of een patroonsteek kiezen.
Instelling 0: rechte steken.
Instelling 1-5: patroonsteken van verschillende breedte.
LET OP!
Stel de steekbreedte bij gebruik van een tweelingnaald
maximaal in op 3. Bij een hogere instelling kunnen de
naalden breken.