Onderhoud
Aanwijzing voor de kalibratie van het ex-kanaal op nonaan als
meetgas:
Voor de kalibratie van het ex-kanaal kan als vervanging propaan
als testgas worden gebruikt.
Bij het gebruik van propaan voor het kalibreren van het ex-kanaal
op nonaan dient de weergave op het 2-voudige van de gebruikte
testgasconcentratie te worden ingesteld.
Aanwijzing voor het gebruik ondergronds in de bergbouw:
Bij de kalibratie van het ex-kanaal op het meetgas methaan dient
de weergave van het apparaat op een waarde die 5 % (relatief)
hoger ligt dan de gebruikte testgasconcentratie, te worden
ingesteld.
Autom. verse lucht kalibratie in de laadschaal (alleen CatEx-
sensor):
Het gasmeetinstrument met verse lucht kalibreren, vrij van
meetgassen of andere storende gassen. Bij geactiveerde functie
wordt een verse lucht kalibratie van de CatEx-sensor automatisch
uitgevoerd, zodra het gasmeetinstrument in de laadschaal wordt
geplaatst.
Deze functie kan met de PC-software Dräger CC-Vision worden
geactiveerd en gedeactiveerd.
Als het inlopen nog niet voltooid is, wordt er geen kalibratie uitgevoerd:
Alarm-LED brandt rood.
Het akoestische signaal klinkt twee keer, daarna volgen twee korte
signaaltonen en het gasmeetintrument schakelt uit.
Zodra de verse lucht kalibratie succesvol is afgesloten:
Alarm-LED brandt rood.
Het akoestische signaal klinkt één keer, daarna volgen drie korte
signaaltonen en het gasmeetintrument schakelt uit.
112
Als een storing is opgetreden tijdens de verse lucht kalibratie:
Het storingssymbool
verschijnt en in plaats van de meetwaarde
wordt voor de betreffende sensor
In dit geval de verse lucht kalibratie herhalen.
Eventueel sensor door gekwalificeerd personeel vervangen.
5
Onderhoud
5.1
Onderhoudsintervallen
Het apparaat moet jaarlijks inspecties en onderhoudsbeurten door
vakmensen ondergaan. Vergelijk:
EN 60079-29-2 – Gasmeetapparaten - selectie, installatie,
toepassing en onderhoud van apparaten voor de detectie en
meting van brandbare gassen en zuurstof
EN 45544-4 – Elektrische apparatuur gebruikt voor de directe
opsporing en directe concentratiemeting van giftige gassen en
dampen - Deel 4: Leidraad voor selectie, installatie, gebruik en
onderhoud
Nationale voorschriften
Aanbevolen kalibratie-interval voor de meetkanalen Ex, O
NO
en CO: 6 maanden. Kalibreerintervallen van andere gassen:
2
zie gebruiksaanwijzing van de betreffende DrägerSensoren.
Details over onderdelen vindt u in het technische handboek.
weergegeven.
, H
S, SO
,
2
2
2
Dräger X-am 2500