Programmation / Programmering / Programmierung
I
R
S
GPS C
ÉGLAGES DU
YSTÈME
Y1 =
Distance entre l'axe des disques et le milieu des tron-
çons quand ils sont utilisés sous la forme d'une ligne
droite
Y2 =
Profondeur des tronçons à faire si votre
(contrôleur de tâche pour la coupure des sections )
qui est embarqué dans votre console ISOBUS vous le
permet .
Y0 =
Distance entre l'antenne GPS et l'axe des disques
d'épandage.
I
Y1 =
Afstand tussen de as van de schijven en het midden
van de secties wanneer zij onder de vorm van een
rechte lijn worden gebruikt
Y2 =
Diepte van de te bewerken secties als uw
(taakcontroleur voor de strooikleppenonderbreking)
die aan uw ISOBUS-console werd toegevoegd het
mogelijk maakt.
Y0 =
Afstand tussen de gps-antenne en de as van de
strooischijven.
I
E
GPS S
INSTELLUNGEN DES
YSTEMS
Y1 =
Abstand zwischen der Achse der Streuscheiben und der
Teilbreitenmitte, wenn diese als gerade Linie genutzt
werden
Y2 =
Tiefe der zu realisierenden Teilbreiten, sofern die
(Job-Steuereinheit für die Teilbreitenschal-
tung) Ihres ISOBUS-Terminals dieses erlaubt.
Y0 =
Abstand zwischen der GPS Antenne und der Achse der
Streuscheiben..
ONTRÔLEUR DE TÂCHE
, A
UFGABENSTEUERUNG
À la fin de la parcelle , toujours repasser en mode
manuel, trappes fermées. En cas de perte du signal
GPS, se renseigner sur les fonctionnalités du
système GPS embarqué dans la console ISOBUS.
Selon les constructeurs , le système GPS va fermer
les trappes du distributeur d'engrais (sécurité), ou
bien les laisser dans leurs états précédant la perte
du signal GPS. Les systèmes GPS ne gèrent pas
toujours la marche arrière du tracteur. Il ne faut
donc jamais s'en servir, afin d'éviter un épandage
erroné sur la zone de la parcelle concernée.
Aan het einde van het perceel, steeds terugkeren
naar handmatige modus, met de kleppen
gesloten. Indien het GPS-signaal verloren gaat,
informatie inwinnen over de functies van het
GPS-systeem dat aan de ISOBUS-console werd
toegevoegd. Volgens de fabrikanten gaat het
GPS-systeem de kleppen van de kunstmeststrooier
(veiligheid) sluiten, of ze in de toestand van voor
het verlies van GSP-signaal laten. De GSP-systemen
beheren over het algemeen niet de modus
'achteruitrijden' van de tractor. Ze mag daartoe
dus nooit gebruikt worden om foutief strooien op
de betreffende zone van het perceel te vermijden.
Am Ende der Parzelle muss immer in den manuel-
len Modus geschaltet werden, Schieber geschlos-
sen. Sollten die GPS Signale verloren gehen,
müssen Sie sich über die Funktion des, in der
ISOBUS Konsole integriertem GPS Systems
informieren. Abhängig vom Hersteller kann das
Führungssystem die Schieber des Düngemittel-
streuers schließen (Sicherheit) oder sie in dem
Zustand vor Verlust des GPS Signals belassen. Das
GPS System steuert nicht immer den Rückwärts-
gang des Schleppers. Um eine Fehlstreuung in der
Zone der betroffenen Parzelle zu vermeiden sollte
der Rückwärtsgang nicht verwendet werden.
FR
NL
2
DE
83