Zonnecel monteren
Waarborg dat u niet op stroom-, gas- of water-
leidingen stoot als u in de wand boort. Gebruik
een boormachine om de gaten in het muurwerk
te boren. Neem de veiligheidsinstructies uit de
bedienings- en veiligheidsopmerkingen van de
boormachine in acht. Anders bestaat er kans op
de dood of op letsel als gevolg van een elektri-
sche schok.
Let bij het kiezen van de montageplaats voor de
zonnecellen
op het volgende:
12
De zonnecel
heeft zo direct mogelijk
12
zonlicht nodig. Ook gedeeltelijke schaduw
op de zonnecel
12
aanzienlijk beïnvloeden.
Hemelrichting:
Het beste is om naar het zuiden te richten. Kies
eerder voor het richten met lichte afwijkingen
naar het westen als voor het richten met lichte
afwijkingen naar het oosten.
Horizontale richting:
Het horizontaal richten van de zonnecel
afhankelijk van de geografische breedtegraad
van de montageplaats. Ideaal in Midden-Europa
is een hoek van 30°–40°.
Aan de achterkant van de zonnecel
zich een montageplaat met 6 boorgaten.
Monteer de zonnecel
plaats. Gebruik hiervoor de 4 kleine schroe-
ven
en pluggen
13
montageplek kunt u de vier hiervoor meest
geschikte boorgaten van de montageplaat
gebruiken. Optimaal is het gebruik van de
boorgaten uiterst links en uiterst rechts (zie
afb. B).
38 NL/BE
overdag kan het opladen
is
12
bevindt
12
op de beoogde
12
. Afhankelijk van de
15
Leg vervolgens de zonnekabelstekker
steek deze in de zonnestroomaansluiting
van de spot
.
10
De zonnecel
en de montageplaat zijn bij
12
aanlevering verbonden met een draaischar-
nier. Richt de zonnecel
deze zo mogelijk aan direct zonlicht wordt
blootgesteld.
Ingebruikname
Bewegingsmelder aan- /
uitzetten
Druk de AAN- / UIT-schakelaar
sitie ON om de bewegingsmelder
schakelen; het rode led-lampje van de AAN- /
UIT-schakelaar
gaat eveneens branden.
11
Druk de AAN- / UIT-schakelaar
sitie OFF om de bewegingsmelder
schakelen; het rode led-lampje van de AAN- /
UIT-schakelaar
gaat eveneens uit.
11
Verlichtingsduur instellen
Draai de draairegelaar TIME
onderkant van de bewegingsmelder
de klok mee om de verlichtingsduur te ver-
hogen (zie afb. C). De verlichtingsduur kunt
u in een tijdvenster van ca. 5s +/-2s tot
5 min +/-1min instellen.
en
14
8
dusdanig dat
12
in de po-
11
in te
9
in de po-
11
uit te
9
aan de
19
met
9