FASES VOORAFGAAND AAN HET GEBRUIK
Inbedrijfstelling
Controleer of de netspanning in huis dezelfde is als die op het plaatje met technische gegevens
van het apparaat. Zet de machine vervolgens op een vlak oppervlak. Was het reservoir alvorens
het te gebruiken, vul het met vers water (MAX. 1 liter) en zorg er vervolgens voor dat het goed op
zijn plaats zit (Fig. 3). De aanzuigslang moet zich in het waterreservoir bevinden.
Eerste inschakeling
Na het reservoir met vers water te hebben gevuld, steekt u de stekker in een geaard stopcontact.
Schakel het apparaat in door op de knop (J) Fig. 1 te drukken. Het controlelampje (R) gaat branden
om aan te geven dat de machine ingeschakeld is.
Als het apparaat voor het eerst wordt aangezet, of als hij lange tijd niet is gebruikt, wordt
aangeraden minstens een kop water uit het hydraulische circuit van de ketel te laten lopen.
Zet een houder met een inhoud van minstens een halve liter (Fig. 5) onder het koffieschenktuitje
en onder het Maxi Cappuccino-apparaat. Zet de schakelaar (Q) op koffiezetten (
water uit de plaats komt, waarin de filterhouder wordt vastgedraaid. Open de stoomknop (M) en
laat water uit het Maxi Cappuccino-apparaat stromen.
Beëindig de afgifte door de schakelaar (Q) omhoog te zetten. Draai de stoomknop dicht. Wacht tot
het controlelampje (N) gaat branden. Het apparaat is nu gereed om koffie te zetten.
KOFFIE MAKEN
Met gemalen koffie
Doe het doorloopelement (B), de geperforeerde siliconenschijf (C) en het filter voor 2 kopjes (E) of
1 kopje (D) in de filterhouder (A) (Fig. 6). De geperforeerde siliconenschijf kan maar op één manier
in het doorloopelement worden aangebracht. Doseer de koffie in het filter en druk hem zachtjes
aan met het speciale aandrukplaatje: voor twee kopjes koffie vult u twee maatschepjes helemaal
en voor één kopje koffie vult u er slechts één. Zet de filterhouder op zijn plaats. Zet hem goed
vast door hem van links naar rechts te draaien, en zorg er daarbij voor dat hij goed op de flens is
vastgezet (Fig. 8).
Als er te veel gemalen koffie in het filter wordt gedaan, kan het zijn dat de filterhouder moei-
lijk kan worden gedraaid en/of het filterhouder lekt tijdens het koffiezetten.
Het is raadzaam de filterhouder te laten opwarmen door hem een aantal minuten op zijn plaats
te laten zitten alvorens koffie te zetten, zodat ook het eerste kopje koffie goed warm is. Dit is niet
nodig bij de volgende kopjes koffie.
Wacht tot het controlelampje (N) gaat branden. Zet de schakelaar (Q) op de stand voor koffiezetten
(
): er begint koffie uit het tuitje van de filterhouder te komen. Beëindig de afgifte door de scha-
kelaar (Q) omhoog te zetten. De maximale dosis voor een kopje koffie is 50 ml.
Let op!
Net als bij professionele koffiezetapparaten mag de filterhouder niet
worden verwijderd als de schakelaar op koffiezetten staat (op de kof-
fiestand
).
74
). Wacht tot er