Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Voor het in gebruik nemen
Controleer alvorens het apparaat in
gebruik te nemen of uw elektriciteitsnet
in overeenstemming is met de op het
typeplaatje aangegeven netspanning
en netfrequentie.
Klemtangen
De schachtdiameter van het werktuig
moet overeenkomen met de klembo-
ring van de klemtang [1]!
Er zijn klemtangen [1] voor verschillende schacht-
diameters beschikbaar. Zie het hoofdstuk m.b.t.
accessoires.
Werktuigen plaatsen
Trek de stekker uit het stopcontact.
Gebruik uitsluitend werktuigen die
geschikt zijn voor het stationair
toerental van de machine! Zie
technische gegevens.
Bij slijpstiften mag de door de fabrikant
aangegeven maximaal toegelaten
open schachtlengte niet overschreden
worden!
Het werktuig met de gehele lengte van de
■
schacht in de klemtang [1] plaatsen.
De spil stoppen (bij art. 0702 520 x met
■
de bijgeleverde vorksleutel van 13 mm.
Bij 0702 521 x door middel van de spilvergren-
delaar [4]).
De klemtangmoer [2] vastdraaien met de vork-
■
sleutel van 19 mm.
Indien er geen werktuig in de
klemtang is geplaatst, de klemtang niet
met de sleutel vastdraaien, maar alleen
met de hand opschroeven!
Gebruik
Aan-/Uitschakelen
Eerst inschakelen, dan het werktuig
aan het werkstuk brengen.
Voorkom onbedoeld opstarten:
machine steeds uitschakelen.
Bij permanente inschakeling blijft de
machine draaien als deze uit de hand
wordt gerukt. Houd de machine
daarom altijd met beide handen aan
de voorziene handvaten [6] vast,
neem een veilige houding aan en werk
geconcentreerd.
Inschakelen: In-/uitschakelaar [5] naar
■
voren schuiven. Voor permanente inschakeling
dan naar onderen kantelen tot deze vastklikt.
Uitschakelen:Op het achterste einde van de
■
in-/uitschakelaar [5] drukken en loslaten.
Toerental instellen
Met het instelwiel [7] kan het toerental vooraf en
traploos gewijzigd worden. Zie technische gege-
vens.
Schuren, schuren met zandpapier, wer-
ken met draadborstels, polijsten en
doorslijpen:
Machine matig aandrukken en over het opper-
■
vlak heen en weer bewegen.
Frezen: machine matig aandrukken
■
Doorslijpen: altijd doorslijpen in tegenlopende
■
richting. Anders bestaat het gevaar dat de
machine ongecontroleerd uit de snede springt.
Met matige en aan het te bewerken materiaal
aangepaste vooruitduwende kracht werken.
Niet kantelen, niet duwen, niet trillen.
Tips
65
Publicité
