5. Grondbeginselen
van het frituren
Voorbereiding van de
levensmiddelen
• Alle levensmiddelen moeten voor het fri-
turen zo droog mogelijk zijn. Wanneer
water of ijs in heet vet terechtkomt, ont-
staan er gloeiend hete spatten. Droog
het te frituren product goed af en verwij-
der het ijs bij diepgevroren levensmid-
delen.
• Diepgevroren etenswaren moeten voor
het frituren ontdooid worden, zodat het
levensmiddel minder vet opneemt. Ver-
wijder zoveel mogelijk water en ijs
voordat u de levensmiddelen in de fri-
tuurpan doet.
• Vlees, vis en groente moeten in kleine
stukjes gesneden worden.
• Zorg er bij gepaneerde levensmiddelen
voor dat het paneermeel zo goed mo-
gelijk hecht. Panade die tijdens het fritu-
ren loskomt, vervuilt het vet.
Frituurtijd- en temperatuur
• Voor een lekker en gezond resultaat
dient u zich bij de keuze van de tempe-
ratuur en de frituurtijd strikt aan de voor-
schriften op de verpakking te houden.
• Frituur altijd kleine hoeveelheden.
• De frituurmanden 3/4 mogen niet meer
worden gevuld dan tot de MAX-marke-
ring 5. Als u meer etenswaren toevoegt,
daalt de vettemperatuur tijdens het fritu-
ren te sterk, waardoor het frituren lan-
ger duurt en de etenswaren meer vet
opnemen.
• Acrylamide is mogelijk kankerverwek-
kend. Om de vorming van acrylamide
zoveel mogelijk te beperken, dient u
hoge temperaturen (boven 170 °C) en
te sterke bruinkleuring te vermijden. Bij
temperaturen boven 175 °C wordt er
duidelijk meer acrylamide gevormd.
Welke oliën en vetten zijn
geschikt?
Er bestaat een groot aanbod van oliën en
vetten. Voor het frituren zijn echter niet alle
oliën en vetten geschikt.
• Wij raden aan voor deze frituurpan
vloeibare frituurolie te gebruiken. Als u
vast frituurvet wilt gebruiken, laat het vet
dan eerst op lage temperatuur lang-
zaam smelten in een pan en giet het
daarna in de frituurpan. Zo voorkomt u
oververhitting van het apparaat en
vetspatten.
• Het vet of de olie moet bestand zijn te-
gen de hoge temperaturen tijdens het
frituren. Zorg ervoor dat het vet/de olie
tot ten minste 200 °C verhit kan wor-
den.
• De vetten mogen slechts een laag water-
gehalte hebben. Het water verdampt bij
het verhitten en het vet spat.
• Olie die rijk is aan meervoudig onver-
zadigde vetzuren is heel gezond voor
gebruik in slaatjes, maar is niet geschikt
om te frituren omdat het niet over de no-
dige hittestabiliteit beschikt.
• Boter, margarine en olijfolie zijn niet ge-
schikt.
• Goede frituuroliën of -vetten zijn bijvoor-
beeld koolzaadolie en zonnebloemolie.
• Meng nooit verschillende soorten vet-
ten en oliën!
Gebruikt vet bewaren
• Vervuiling van het vet door het frituren
verkort de houdbaarheid. Giet het vet
daarom na iedere bakbeurt door een
met keukenpapier beklede zeef om het
vuil eruit te halen.
• Licht en zuurstof schaden het vet. Daar-
om moet het in een goed gesloten reser-
voir donker, koel en droog bewaard
worden.
• In goede omstandigheden kan het vet
enkele weken bewaard worden.
69
NL