Gevaar voor letsel!
Om te voorkomen dat u bij het
verwerken van hard materiaal
(toevoer van takken (1) is
uitgeklapt) door teruggeworpen
hakselmateriaal wordt geraakt,
moet u aan de zijkant van de
tuinhakselaar gaan staan (zie grijs
vlak X), nooit direct erachter.
8.5 Werkstand van de machine
De tuinhakselaar mag alleen
rechtstaand in gebruik genomen
worden. Tijdens het gehele bedrijf moet de
tuinhakselaar zoals afgebeeld op beide
wielen en op beide wielvoeten staan.
8.6 Juiste belasting van het apparaat
De elektromotor of verbrandingsmotor van
de tuinhakselaar mag maar zo zwaar
belast worden dat het toerental niet te veel
daalt. De tuinhakselaar steeds gelijkmatig
en continu voeden. Daalt het toerental
tijdens het werken met de tuinhakselaar,
stop dan met bijvullen om de elektromotor
of de verbrandingsmotor te ontlasten.
8.7 Overbelastingsbeveiliging
Treedt tijdens de werkzaamheden een
overbelasting op, dan schakelt de
thermische overbelastingsbeveiliging de
elektromotor automatisch uit.
Na een afkoelperiode van ca. 10 minuten
kan de tuinhakselaar opnieuw in bedrijf
worden genomen. In geval van frequent
triggeren van de overbelastingsbeveiliging
kunnen volgende oorzaken aan de basis
liggen:
– Niet-geschikte aansluitkabel (
102
– Overbelasting van het net
– Apparaat is overbelast door te veel
hakselmateriaal of door botte messen
8.8 Wat moet ik doen als de snijeenheid
van de tuinhakselaar blokkeert?
Als de snijeenheid van de tuinhakselaar
tijdens het hakselen blokkeert, moet u de
elektromotor onmiddellijk uitschakelen en
de aansluitkabel loskoppelen van het
stroomnet. Haal vervolgens de
10
vultrechter ATO 400 eraf en hef de
oorzaak van de storing op.
8.9 Vullen van de tuinhakselaar
Kans op letsel!
Lees vóór het vullen van de
tuinhakselaar het hoofdstuk "Voor
uw veiligheid" (
paragraaf "Tijdens de
werkzaamheden" (
zorgvuldig en volg alle
veiligheidsaanwijzingen op. Het
vullen van de tuinhakselaar mag
enkel door een persoon gebeuren.
Houd de juiste belasting van de
elektromotor aan. (
De beide vulopeningen (1, 2) van
de tuinhakselaar moeten niet
tegelijkertijd worden gevuld.
Verstoppingsgevaar!
10.1)
11
4.), met name de
4.6),
Kans op letsel!
Nooit met een hand in
een vulopening grijpen!
8.6)
Zacht materiaal:
● Houd u bij het vullen van
de tuinhakselaar binnen
het werkgebied. (
8.4)
● Start de tuinhakselaar.
(
10.5)
● Organisch materiaal zoals fruit- en
groenteafval, bloemenresten, bladeren,
dunne takken enz. in de vulopening (1)
voor zacht materiaal werpen.
De vulopening (1) uitsluitend met
zacht materiaal of met dunne (tot
ca. 10 mm diameter) takken met
veel zijtakken vullen. De toevoer
van de takken (3) moet bij het
vullen met zacht materiaal in de
ingeklapte stand staan. (
Vochtig of nat zacht materiaal leidt
sneller tot verstoppingen in het
apparaat. Hierbij de tuinhakselaar
langzamer vullen en met name op
het toerental van de elektromotor
letten. Het mag bij het vullen niet
dalen.
Hard materiaal:
● houd bij het vullen van de
tuinhakselaar het
werkbereik in de gaten.
(
8.4)
● Toevoer van takken (3)
uitklappen. (
10.9)
● Maximale takdiameter aanhouden.
(
8.3)
● Tuinhakselaar starten. (
0478 201 9908 C - NL
10.10)
10.5)