andachtspunten voor het wassen
A
Voor het in gebruik nemen van de wasmachine
Kies een wascyclus (KATOEN 60°C, voeg een halve lading wasmiddel toe), zet de machine in
werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel resterende aanslag.
Aandacht voor het wassen
1. Aandacht voor de labels
Controleer of uw kledingstuk een label heeft met wasinstructies. Dit zal aangeven uit welke stoffen
het stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden.
2. Was sorteren
Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken in ladingen die met hetzelfde
wasprogramma gewassen kunnen worden. De watertemperatuur en de centrifugeersnelheid zijn
afhankelijk van het soort stof waaruit de kledingstukken gemaakt zijn. Sorteer donkere was van
lichte was en witgoed. Was afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of pluis in elkaar kan klitten
waardoor wit kan verkleuren, enz. Indien mogelijk wast u zwaar vervuilde stoffen apart van licht
vervuild goed.
- Vuil (zwaar, normaal, licht)
- Kleur (witte was, lichte was, donkere was)
- Pluis (pluisproducerende was, pluisverzamelende was) Was pluisproducerende was
3. Aandacht bij het vullen
• Combineer grote en kleine stukken in één lading. Laad de grote stukken eerst. Grote stukken
mogen niet meer dan de helft van de gehele waslading beslaan.
• Laat de machine niet draaien met slechts één artikel erin. Dit kan instabiliteit veroorzaken. Voeg
een of twee gelijksoortige stukken toe.
10
Sorteer kleding volgens de vuilheidsgraad.
Sorteer witgoed van gekleurde was.
afzonderlijk van pluisverzamelende was.
• Controleer alle zakken en zorg ervoor
dat ze leeg zijn. Nagels, haarpennen,
lucifers, potloden, muntstukken en
sleutels kunnen zowel uw wasmachine
als uw kleding beschadigen.
• Sluit ritsen, haken en koorden om ervoor
te zorgen dat deze geen andere
kledingsstukken scheuren.
• Behandel vuil en plekken voor door een
beetje in water opgeloste zeep op boord-
en omslagplekken aan te brengen.
Dit om het vuil reeds gedeeltelijk op te
lossen.
• Verwijder al het vreemde materiaal.