Het apparaat is incorrect geplaatst.
• Wanneer de voorzijde van het apparaat op een
hoek van kleiner dan 60° of horizontaal t.o.v. de
grond is geplaatst.
OPMERKING: Het apparaat kan zelfs stappen tellen
wanneer schuin of ondersteboven geplaatst of als
het apparaat niet loodrecht t.o.v. de grond is
geplaatst.
Het apparaat kan vrij bewegen.
• Wanneer het apparaat los of vlak in uw broekzak
of tas is geplaatst (niet in een horizontale of
verticale positie).
• Wanneer het apparaat aan uw riem, de
bovenkant van uw broek of een tas schommelt.
Beweging omhoog en omlaag.
• Staande en/of zittende beweging.
• Tijdens sporten anders dan lopen.
• Opwaartse of neerwaartse beweging op een trap
of steile helling.
Lopen op ongelijke snelheid.
• Wanneer u schuifelt of sandalen draagt.
• Starten en stoppen of andere manieren van
ongelijk lopen.
• Extreem langzaam lopen.
Vibraties van een bewegend voertuig.
• Zoals een fiets, auto, trein of bus.
Andere.
• De gegevens van de stappenteller zullen pas na
de eerste +/- 12 stappen op het scherm
verschijnen, omdat de software wat gegevens
nodig heeft om de stappen te analyseren en
vervolgens de resultaten op het scherm kan laten
zien.
15. Het spraakmenu gebruiken
Voor het afspelen en beheren van opgenomen spraakbestanden.
• Selecteer in het hoofdmenu het menu "Voice" (Stem) met de toets
56
/