Wireless-G ADSL-gateway voor thuisgebruik
Het tabblad Setup (Instellingen)
Het tabblad Basic Setup (Basisinstellingen)
Het eerste scherm dat wordt weergegeven, is het tabblad Basic Setup (Basisinstellingen) Op dit tabblad kunt u de
algemene instellingen van de gateway wijzigen. Wijzig deze instellingen aan de hand van deze instructies en klik
op de knop Save Settings (Instellingen opslaan) om de wijzigingen op te slaan of klik op Cancel Changes
(Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
Internet Setup (Internetinstellingen)
• Internet Connection Type (Type internetverbinding). De gateway ondersteunt vijf methoden voor inkapseling:
RFC 1483 Bridged (Brug), RFC 1483 Routed (Gerouteerd), RFC 2516 PPPoE, RFC 2364 PPPoA en Bridged Mode
Only (Alleen brug). Selecteer het gewenste type inkapseling in het vervolgkeuzemenu. Het scherm Basic
Setup (Basisinstellingen) en de beschikbare functies zijn bij elk geselecteerd type inkapseling anders.
• VC Settings (Instellingen VC). In dit gedeelte kunt u uw VC-instellingen (virtueel circuit) configureren.
• Multiplexing: selecteer LLC of VC, afhankelijk van uw internetprovider.
• QoS-type: maak een keuze uit het vervolgkeuzemenu: CBR (Continuous Bit Rate) om een vaste
bandbreedte voor spraak- of gegevensverkeer te specificeren; UBR (Unspecific Bit Rate) voor
toepassingen die niet tijdgevoelig zijn, zoals e-mail; of VBR (Variable Bite Rate) voor piekverkeer en
het delen van bandbreedte met andere toepassingen.
• Pcr Rate (Pcr-snelheid): u kunt de Peak Cell Rate, oftewel de maximale snelheid waarmee de gebruiker
cellen kan verzenden, berekenen door de snelheid van de DSL-lijn door 424 te delen. Geef de snelheid
op in het veld (indien uw serviceprovider dit als eis stelt).
• Scr Rate (Scr-snelheid): met de Sustain Cell Rate wordt de gemiddelde snelheid ingesteld waarmee cellen
kunnen worden verzonden. De SCR-waarde ligt normaliter lager dan de PCR-waarde. Geef de snelheid op
in het veld (indien uw serviceprovider dit als eis stelt).
• Autodetect (Automatische detectie): selecteer Enable (Inschakelen) als u de instellingen automatisch wilt
laten invoeren of selecteer Disable (Uitschakelen) als u de waarden handmatig wilt invoeren.
• Virtual Circuit (Virtueel circuit): deze velden bestaan uit twee items: VPI (Virtual Path Identifier) en VCI
(Virtual Channel Identifier). U ontvangt de juiste instellingen voor deze velden van uw internetprovider.
• IP Settings (Instellingen IP). Volg de instructies in het gedeelte voor uw type inkapseling.
Hoofdstuk 5: De Wireless-G ADSL-gateway voor thuisgebruik configureren
Het tabblad Setup (Instellingen)
Afbeelding 5-2: Basic Setup (Basisinstellingen)
14