NL
UNM STH/STV
openschroeven, afgewerkte olie volledig
laten weglopen.
3. Olieaftapschroef dichtschroeven.
4. Vastgestelde oliehoeveelheid ingieten.
5. Oliepeil controleren, indien nodig corri-
geren. Olievulstop resp. oliemeetstok
erin steken.
6. Afgewerkte olie volgens de geldende
voorschriften als afval verwerken.
Als minerale olie adviseren wij art.-nr.
B111002,
synthetische
B111006. Bij gebruik van verkeerde oliën
is er geen garantie.
Mengeling van synthetische en minerale
olie kan tot schade aan de compressor lei-
den!
2.6.6 Schroefverbindingen con-
troleren
1. Controleren of alle schroefverbindingen
goed vastzitten, indien nodig vaster aan-
draaien.
2. Aanhaalmomenten in acht nemen (bere-
kening van de aanhaalmomenten vol-
gens VDI 2230).
2.6.7 Aanzuigfilter reinigen
Zie gebruiksaanwijzing deel 1.
Aanzuigopening niet uitblazen. Er mogen
geen vreemde voorwerpen naar binnen
komen.
Compressor nooit zonder aanzuigfilter ge-
bruiken.
2.6.8 Geluidsemperinzet reinigen
Bij compressoren met geluiddemper:
Zie Gebruiksaanwijzing deel 1.
2.6.9 V-snaarspanning controle-
ren, instellen, vervangen
Voorbereiding:
1. Compressor met de AAN/UIT-schakelaar
uitschakelen.
2. Voeding op de hoofdschakelaar onder-
breken.
3. Alle bevestigingsstoppen door 1/4 slag
omdraaien verwijderen, voorste riembe-
schermrooster verwijderen.
V-snaarspanning controleren:
V-snaar boven in het midden tussen de V-
riemschijven met de duim naar beneden
drukken. Maximaal de breedte van de V-
snaar mag meegeven (afbeelding 7a).
II/38
V-snaarspanning instellen/vervangen:
Zie Gebruiksaanwijzing deel 1.
2.6.10 Terugslagventiel reinigen/
1. Sluitschroef losschroeven. (afbeelding
2. Inzetstuk en passing reinigen.
3. Inzetstuk bij beschadiging, afdrukken of
4. Bij beschadigingen op de passing com-
olie
art.-nr.
2.6.11 Veiligheidsventiel vervan-
1. Compressor uitschakelen. Stekker eruit
2. Schroefdraad van het nieuwe veilig-
3. Nieuw veiligheidsventiel rechtsom vast-
2.7
Veiligheidsaanwijzingen in acht nemen!
2.7.1 Conservering
Wanneer de compressor voor een langere
periode (> 6 maanden) stopgezet, of indien
nieuw pas aanzienlijk later in bedrijf geno-
men:
1. Compressor uitschakelen. Stekker eruit
2. Compressor met de AAN/UIT-schakelaar
3. Voeding op de hoofdschakelaar onder-
4. Olie laten weglopen. (zie hst. 2.6.5)
5. Anticorrosie olie (viscositeit SAE 30) in-
6. Olievulstop resp. oliepeilstok erin ste-
7. Compressor laten warmdraaien, uitscha-
8. Aanzuigfilter verwijderen. Een beetje olie
9. Aanzuigfilter aanbouwen, met plakband
10. Condensaat laten weglopen.
11. Compressor drukloos maken.
vervangen
3a)
uitharding vervangen.
pleet terugslagventiel vervangen.
gen
trekken.
heidsventiel voorzien van Loctite® 243,
of met Teflonband omwikkelen.
schroeven.
Buitenbedrijfstelling
trekken.
uitschakelen.
breken.
gieten.
ken.
kelen.
als roestpreventie in de aanzuigopenin-
gen laten lopen. Roestpreventie-olie la-
ten weglopen.
waterdicht afsluiten.