4.6 Voorbeeld in-/uitgangsbewaking
In de volgende tekening wordt een typisch voorbeeld voor een in-/uitgangsbewaking
weergegeven.
Afstand tot voertuig: 6 meter
Installatiehoogte:
Zijdelingse afbuiging:
Als de ANPR-camera lager wordt geïnstalleerd dan 1.6 meter, wordt het
nummerbord weliswaar herkend maar met een hoger risico op negatieve invloeden
van zonnestralen op het videobeeld. Hierdoor kan het zijn dat minder
nummerborden worden herkend.
Bij een lager geïnstalleerde ANPR-camera kan de slagboom dichterbij worden
geïnstalleerd: afstand minder dan 6 meter. De beschreven negatieve invloed van
zonnestralen blijft echter bestaan.
4.7 Instellen van de belichtingstijd van de camera
Vooral bij rijdende voertuigen speelt de belichtingstijd een belangrijke rol. Standaard is de
belichtingstijd ingesteld op 1/25 of 1/50.
Hoe sneller de voertuigen de camera passeren, hoe korter de belichtingstijd moet worden
ingesteld. Anders is een scherpe belichting van de kentekenplaat niet mogelijk en kan de
identificatie fouten bevatten.
Een waarde voor de belichtingstijd van 1/200 of 1/400 moet worden gekozen.
1.6 – 2.0 meter
ca. 1.5 – 2.0 meter
104