GEBRUIK
Bediening
NL 6
Afzuiging in- en uitschakelen
•
Druk op de '+' toets.
De afzuigkap schakelt in op de laagste stand.
•
Druk nogmaals op de '+' toets om een hogere afzuigstand in te
stellen. Houd de '+' toets 2 seconden ingedrukt om direct de
hoogste stand (boost) te kiezen (zie inschakelen boost).
De afzuigstand is in te stellen tussen stand 1 en stand 5 of stand 9.
•
Druk op de '-' toets om een lagere stand te kiezen
• Als de afzuigcapaciteit op stand 1 is ingesteld, schakelt u met een
korte druk op de '-' toets de afzuigkap uit.
•
Druk gedurende minimaal 2 seconden op de '-' toets om de kap,
ongeacht de afzuigstand, uit te schakelen.
Aantal snelheden wijzigen
U kunt kiezen tussen 9 snelheden (standaard) of 5 snelheden.
•
Druk gedurende minimaal 5 seconden op de '-' toets en
'+' toets.
Bediening met 5 snelheden is geselecteerd. Druk nogmaals
minimaal 5 seconden op de '-' toets en '+' toets om bediening met
9 snelheden te selecteren.
Recirculatie functie inschakelen
•
Druk tegelijkertijd onafgebroken op de timer- en de verlichtingstoets
totdat de filter indicatie 3 keer knippert.
De koolstoffilter indicatie is ingeschakeld.
Recirculatie functie uitschakelen
•
Druk tegelijkertijd onafgebroken op de timer- en de verlichtingstoets
totdat de filter indicatie blijft branden.
De koolstoffilter indicatie is uitgeschakeld.
Verlichting in- en uitschakelen
•
Druk kort op de verlichtingstoets.
De verlichting gaat op maximale sterkte branden.
•
Houd de verlichtingstoets ingedrukt om de verlichtingssterkte in te
stellen.
De verlichting veranderd van maximaal naar minimale sterkte en
omgekeerd.
•
Schakel de verlichting uit door op de verlichtingstoets te drukken.