Télécharger Imprimer la page

Oregon Scientific WMR300 Mode D'emploi page 75

Masquer les pouces Voir aussi pour WMR300:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 42
1.5M
7. Volg de instructies op in de secties Kabelaansluitingen, Plaatsing batterij
zendkastje en Kanaal instellen.
8. Plaats de paal stevig op de gewenste locatie in de buitenlucht.
9. Werk overtollige stukken kabel netjes weg door middel van de meegeleverde
kabelbinders.
NB er wordt 6 meter kabel meegeleverd voor de windsensor zodat u de windsensor
op een plaats enigszins uit de buurt van de paal kunt installeren, zoals Optie 2 en
Optie 3. Werk overtollige stukken kabel indien nodig netjes weg.
NB Plaats het plastic vuilfilter in het regenreservoir. Controleer regelmatig of het
filter niet volledig verstopt is door bladeren of ander vuil.
Optie 2: De windsensor moet afzonderlijk geïnstalleerd worden. De andere
sensoren worden met het zendkastje op een paal bevestigd.
1.
Volg stappen 3-4 in Optie 1 om de
temperatuur/vochtigheidssensor en de
neerslagsensor aan de paal te bevestigen.
2.
Steek schroeven van type A in de
windsensor. Draai ze stevig vast op
de gewenste locatie door middel van
een steeksleutel.
3.
Volg stappen 7-9 in Optie 1 om de
installatie te voltooien.
Optie 3: Behalve de windsensor, die
geïnstalleerd wordt op een paal, worden de
andere sensoren afzonderlijk
geïnstalleerd.
1.
Volg stappen 5-6 in Optie 1 om de
windsensor aan een paal te bevestigen.
2.
Steek schroeven van type A in de
neerslagmeter. Draai ze stevig vast op
de gewenste locatie door middel van een
steeksleutel.
3.
Volg stappen 7-9 in Optie 1 om de
installatie te voltooien.
BATTERIJ BASISSTATION PLAATSEN
Om batterijen te plaatsen:
1.
Verwijder het klepje van het batterijvak.
2.
Plaats de meegeleverde batterijen in het batterijvak. Let daarbij op de polariteit (+/-).
3.
Druk op RESET in het batterijvak.
4.
Plaats de klep van het batterijvak weer terug.
NB Gebruik geen oplaadbare batterijen. U wordt aangeraden alkalinebatterijen
in dit product te gebruiken voor langere prestaties.
Batterijstatusindicatoren:
Pictogram
Batterij van het apparaat zwak
Batterij zendkastje raakt leeg
Een batterij van zendkastje / basisstation raakt leeg
All manuals and user guides at all-guides.com
Betekenis
7
Voor continu gebruik dient u een adapter
aan te sluiten. De batterijen zijn alleen
bedoeld als noodvoorziening. Steek de
adapter in een stopcontact dat niet door
een schakelaar bediend wordt.
NB De adapter dient gebruikt te worden
in een verticale stand of op de vloer. De
pinnen van de stekker zijn niet bedoeld
om ondersteboven geplaatst te worden, zoals in het plafond.
Zorg dat er een gemakkelijk bereikbaar stopcontact in de buurt van het apparaat is.
SENSOREN KOPPELEN / VERWIJDEREN
Wanneer u de eerste keer koppelt, moet u het basisstation dicht bij de zender op
zonne-energie plaatsen, zodat het signaal duidelijk ontvangen wordt.
Om een sensor te koppelen:
1.
De SW4-koppelschakelaar in het zendkastje moet ingesteld worden op 1 (ON).
2.
Druk op schermvak
.
3.
Houd
en
tegelijkertijd ingedrukt, totdat de instellingsmodus
geopend wordt (alle sensormetingen verdwijnen van het scherm, - - verschijnt.)
4.
Druk op
of
om het kanaal te kiezen dat je aan de sensor
wilt toevoegen. Het kanaal in actieve modus (
gekoppeld worden met en sensor.
5.
Houd
2 seconden ingedrukt. Er volgt een piep. Druk waar dan ook
op het scherm, behalve in het schermvak
6.
SEARCH-indicator in het schermvak
7.
Wanneer SEARCH verdwijnt en het geselecteerde kanaal van de sensor de
weergegevens weergeeft op het scherm, dan is de koppeling met succes voltooid.
NB Het basisstation zoekt ongeveer 10 minuten naar sensoren. Voltooi het koppelen
binnen een uur nadat u de koppelschakelaar op aan heeft gezet op het betreffende
zendkastje. Zo niet, dan moet u de schakelaar uitschakelen en weer inschakelen.
NB IJk de windrichting voordat u de windsensor koppelt. Zie Windrichting ijken
voor meer informatie.
TIP Het zendbereik kan variëren, afhankelijk van allerlei factoren. U kunt het best
verschillende plekken uitproberen
om de beste voor uw sensor te
vinden. Controleer of de antenne
van het zendkastje en die op het
basisstation parallel aan elkaar
staan. Hierdoor wordt het koppelen
vergemakkelijkt.
Om een sensor te verwijderen:
1.
Druk op schermvak
.
2.
Houd
en
tegelijkertijd ingedrukt, totdat de instellingsmodus
geopend wordt (de weergegevens verdwijnen van het scherm, - - verschijnt.)
3.
Druk op
of
om het kanaal te selecteren van de sensor die
u wilt verwijderen. Je kunt alleen een sensor verwijderen wanneer het kanaal
inactief is (
wordt weergegeven).
4.
Houd
ten minste 2 seconden ingedrukt. U hoort een piep en op het
scherm verschijnt - -. De sensor is niet met succes ontkoppeld van het basisstation.
KLOK
KLOK HANDMATIG INSTELLEN
NB Om de tijd/datum handmatig in te stellen, moet u eerst kloksignaalontvangst
uitschakelen (zie Om signaalontvangst aan/uit te zetten).
Om de tijd/datum handmatig in te stellen:
1.
Druk op het schermvak
om te activeren.
het schermvak en de taakbalk toont het onderstaande op het scherm.
2.
Houd
ingedrukt op de taakbalk. Kies verv olgens
tijdzone, zomertijd, 12/24-uurs formaat, uren, minuten, jaren, dag / maand,
maand, dag, taal voor weekdagen, breedtegraad en lengtegraad in te stellen.
3.
Zodra u de juiste functie gevonden heeft, drukt u op
om de instellingen te wijzigen.
4.
Druk:
om te bevestigen en door te gaan met de volgende instelling
OF
Raak het schermvak aan (behalve taakbalk) om te bevestigen en af te sluiten.
NB Op de WMR300 kan de tijdzone ingesteld worden op een waarde van -12
tot +12. Indien u handmatig de tijdzone voor uw locatie invoert, neem dan contact
op met uw plaatselijke weerstation voor meer informatie. Voor Hongkong moet de
tijdzone bijvoorbeeld ingesteld worden op +8.
Power Adapter
wordt weergegeven) kan
.
knippert om te koppelen.
wordt weergegeven naast
om een
of

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

Wmr300a