Instructies
Voordat de stoel in gebruik wordt genomen moet de handleiding volledig worden gelezen.
• • • •
De handleiding moet in het voertuig aanwezig zijn, bij voorkeur binnen handbereik van de
• • • •
chauffeur.
De chauffeursstoel mag alleen door deskundig personeel worden gemonteerd, onderhou-
• • • •
den en gerepareerd
– vooral het gebruik van gordelspanners.
Hierbij moet rekening worden gehouden met de landspecifieke voorschriften en instructies
van de voertuigfabrikant.
De landspecifieke inbouwvoorschriften kunnen bij GRAMMER AG en haar
vertegenwoordigingen of de voertuigfabrikant worden opgevraagd.
Slijtdelen zoals rollen, schokbrekers en bevestigingsonderdelen moeten van tijd tot tijd
• • • •
worden gecontroleerd. Als de belaste chauffeursstoel niet naar de middenpositie wordt
gezet, moet aan de toevoerleiding de systeemdruk of de functie van het regelventiel voor
de middenpositie worden gecontroleerd.
Een voorwaarde voor het behoud van uw gezondheid is een optimaal functionerende en
• • • •
individueel ingestelde chauffeursstoel. Door zorgvuldig onderhoud en een regelmatige
controle blijft de functionaliteit van uw chauffeursstoel lange tijd behouden.
De functiecontroles moeten aan de onderhoudsbeurten van
het voertuig worden aangepast (zie het onderhoudsschema
van het voertuig).
De handleiding moet bij de chauffeursstoel worden bewaard. Als de chauffeursstoel aan
• • • •
derden wordt doorgegeven, moet ook de handleiding worden doorgegeven.
Wijzigingen die de technische vooruitgang tot doel hebben en hieruit resulterende af-
• • • •
wijkingen t.o.v. van de seriestoel zijn voorbehouden.
Veiligheidsvoorschriften
Om letsels te voorkomen mogen er geen voorwerpen in het veerbereik van de
• • • •
chauffeursstoel worden gedeponeerd.
Vóór de ingebruikname van de chauffeursstoel moeten
• • • •
eventuele verpakkingsmaterialen van de zit- en rugkussens
worden verwijderd.
Om gevaar voor ongevallen te voorkomen moet bij het voertuig - voordat het in gebruik
• • • •
wordt genomen - gecontroleerd worden of alle instelvoorzieningen juist vergrendeld zijn.
De instelvoorzieningen van de chauffeursstoel mogen niet worden bediend tijdens het
• • • •
rijden.
Indien het rugkussen verwijderd is, mag de instelling van de rugleuning alleen worden
• • • •
gedaan wanneer de rugschaal bijv. met de hand wordt tegengehouden. Wordt dit niet in
acht genomen bestaat een verhoogd risico voor verwondingen doordat de rugschaal
versneld naar voren kan komen.
76
NL