Belangrijke veiligheids- en milieu-
instructies
• Het verwarmen van dran-
ken in de magnetron kan
koken tot gevolg hebben
waarbij het spettert als ze
uit de oven worden geno-
men. Wees voorzichtig als
u de bakken vastpakt.
• Rooster niets in de oven.
Hete olie kan de onderde-
len en materialen van de
oven beschadigen en kan
zelfs brandwonden aan de
huid veroorzaken.
• Prik voedsel met een dikke
schil, zoals aardappelen,
courgettes, appels en kas-
tanjes in.
• Het apparaat moet ge-
plaatst worden met de
achterkant naar de wand.
• Als de deur of de deurrub-
bers beschadigd zijn, mag
de oven niet gebruikt wor-
den voordat een erkend
persoon de schade heeft
gerepareerd.
• Zet het draaiplateau vast
om schade te voorkomen
bij verplaatsing van het
apparaat.
188
• Gebruik de magnetron niet
om geklutste eieren met of
zonder schaal te bereiden
of te verwarmen.
• Verwijder nooit de ach-
ter- en zijdelen van de
apparaat. Deze behouden
de minimale afstanden
tussen de kastwanden en
het apparaat om in de be-
nodigde luchtcirculatie te
voorzien.
1.2 Bedoeld gebruik
• De magnetron is uitslui-
tend bedoeld voor gebruik
als inbouwapparaat.
• Gebruik het apparaat niet
voor zaken waar het niet
voor bedoeld is.
• Gebruik het apparaat niet
als een warmtebron.
• De magnetron is uitslui-
tend bestemd voor het
ontdooien, bereiden en
stoven van voedsel.
• Oververhit het voedsel
niet. Dit kan tot brand lei-
den.