NL
Afstandsbediening
De afstandsbediening heeft knoppen die beschreven zijn en werken op dezelfde manier als de knoppen op het bedieningspaneel.
Voor een goede werking van de afstandsbediening moeten er batterijen in worden geplaatst, met aandacht voor de juiste polariteit
van de batterijen.
Controlepaneel
Met het bedieningspaneel kunt u de werking van het apparaat regelen. Het paneel is uitgerust met aanraaktoetsen en lichten die
informatie geven over de instellingen van het apparaat.
De ON/OFF (AAN/UIT)-knop wordt gebruikt om het apparaat in en uit te schakelen. Als het apparaat is uitgeschakeld, brandt
alleen de schakelaar. Als het apparaat is ingeschakeld, zijn alle toetsen en geselecteerde verlichting verlicht.
De "Timer"-knop wordt gebruikt om de werktijd van het toestel in te stellen. De volgende druk op de knop verhoogt de werktijd. Wat
wordt aangegeven door het juiste licht. Als het licht uitgaat, betekent dit dat het apparaat continu draait.
De "Mode"-knop wordt gebruikt om de werkmodus van het toestel in te stellen. De normale werking is mogelijk, waarbij de
gebruiker alle instellingen handmatig invoert. De automatische modus, waarbij het apparaat automatisch de bedrijfsparameters
selecteert - het "Auto"-lampje gaat branden. De nachtmodus, waarbij het apparaat naast het "Sleep"-lampje {slaap lampje) het
bedieningspaneel uitschakelt. Deze modus moet worden ingesteld voor de nacht, wanneer het apparaat in dezelfde kamer zal
werken als waar de mensen zullen slapen.
De "Speed" (snelheid) knop wordt gebruikt om de snelheid van de ventilator in te stellen. Een hogere snelheid verhoogt de pro-
ductiviteit, maar veroorzaakt ook meer lawaai.
De "Anion" (anionen) knop start of stopt de luchtionisator. Wanneer de ionisator wordt geactiveerd, worden er zuurstofanionen
geproduceerd in het apparaat, wat een positief eff ect kan hebben op uw welzijn.
De knop "Top Speed" (topsnelheid) start de hoogste ventilatorsnelheid. Als u deze knop opnieuw indrukt, wordt de vorige instelling
van de ventilatorsnelheid hersteld.
De "Speed" knop geeft de ventilatorsnelheid grafi sch weer.
De "PM2.5"-indicator geeft de hoeveelheid PM2.5-deeltjes in de lucht aan in eenheden μg/m
.
3
De "Temp." toont de luchttemperatuur in de ruimte waar het apparaat werkt.
De "Timer"-indicator geeft de tijd van de ingestelde werking aan. Na afl oop van de ingestelde tijd wordt het apparaat automatisch
uitgeschakeld.
De "Air Quality" indicator geeft de luchtkwaliteit aan met behulp van de kleur van de achtergrondverlichting. Groen - goede kwali-
teit, oranje - gemiddelde kwaliteit, rood - slechte kwaliteit.
De "Remove HCHO" (verwijder HCHO) indicator - functie van luchtzuivering uit HCHO-verbindingen (formaldehyde). Deze functie
wordt zelf geactiveerd als het apparaat wordt ingeschakeld en kan niet worden uitgeschakeld.
De "Purify" (zuiveren) indicator - luchtreinigingsfunctie. Deze functie wordt zelf geactiveerd als het apparaat wordt ingeschakeld
en kan niet worden uitgeschakeld.
De "Anion" (anionen) indicator - gaat branden als de luchtionisatie aan is.
De "Sleep" (slapen) indicator - gaat branden als de nachtmodus aan is.
De "Remove fi lter" indicator (fi lter verwijderen) - geeft aan dat het fi lter moet worden vervangen.
De "Auto" indicator - die brandt, informeert over de automatische werkmodus.
ONDERHOUD, TRANSPORT EN OPSLAG
Waarschuwing! Alle onderhouds- en transporthandelingen moeten plaatsvinden met losgekoppelde elektrische voeding van het
elektrische toestel. Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak het apparaat van buitenaf schoon met een doek die licht bevochtigd is met water en droog het vervolgens af met een droge
doek. Reinig de in- en uitlaatopeningen met een penseel of een zachte borstel. De fi lters hoeven niet te worden gereinigd, vuile
fi lters moeten worden vervangen door nieuwe. De fi lters kunnen niet geregenereerd of gereinigd worden.
Als er een waterreservoir in het apparaat aanwezig is, moet deze worden geleegd. Naast de afneembare tank is er een vast
reservoir in het apparaat, die geleegd moet worden door er water uit te trekken met behulp van een pomp (niet inbegrepen in de
uitrusting). Het water moet niet minder vaak dan om de drie dagen uit de reservoirs worden verwijderd. Laat geen water in de tank
staan vanwege de mogelijkheid van microbiële groei. Maak de tank schoon met schoon water voordat u hem bijvult. Verwijder alle
bezinkselsteen of -folie die zich op de wanden of in de tank heeft opgehoopt. Veeg dan de tank droog. Giet een eetlepel citroen-
zuur in tank en schenk 100 ml warm water bij een temperatuur van maximaal 70
C. Meng het zuur en laat de oplossing 5 minuten
O
in de tank staan. Maak vervolgens het reservoir leeg, spoel het af met schoon water en laat het openstaan tot het volledig droog is.
Gebruik geen oplosmiddelen, zuren of alcohol voor het onderhoud. Reinig de voet en het deksel met een zachte, vochtige doek.
Het toestel niet onderdompelen in water of een andere vloeistof.
Transporteer het apparaat door het bij de handgrepen vast te houden. Transporteren in werkpositie. Bij transport over langere
afstanden moet het apparaat worden getransporteerd in een verpakking die het apparaat tegen beschadiging beschermt. Bewaar
het apparaat in ruimtes die beschermen tegen stof en vocht en zorgen voor een goede ventilatie. Het wordt aanbevolen om het
apparaat in de originele verpakking te bewaren. Plaats niets op het apparaat tijdens de opslag.
Let op! Tijdens de langdurige opslag slijten de fi lters, zij het in een lager tempo dan tijdens het gebruik. Voor langdurige opslag
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
58