INSTALLATIE
montage
10.3 Elektriciteit aansluiten
GEVAAR voor elektrische schok
Voer alle werkzaamheden voor elektriciteitsaansluitin-
gen en montage uit conform de voorschriften.
GEVAAR voor elektrische schok
Zorg ervoor dat het toestel is aangesloten op de aard-
leiding.
Het toestel moet op alle polen met een afstand van min-
stens 3 mm van de aansluiting van de netvoeding kunnen
worden losgekoppeld.
GEVAAR voor elektrische schok
De toestellen zijn bij levering uitgerust met een elektri-
sche aansluitkabel (EIL 3 Premium met stekker).
Een aansluiting op een vaste elektrische kabel is mo-
gelijk, als die minstens dezelfde diameter heeft als de
standaardaansluitkabel. De maximale kabeldiameter
bedraagt 3 x 6 mm².
f Bij een bovenbouwmontage van het toestel moet de
elektrische aansluitkabel achter het toestel worden
geleid.
64
| EIL Premium
Materiële schade
!
Zorg er bij aansluiting op een geaard stopcontact (bij
toepassing van een elektrische aansluitkabel met stekker)
voor dat het geaarde stopcontact na installatie van het
toestel vrij toegankelijk is.
Materiële schade
!
Let op het typeplaatje. De aangegeven spanning moet
overeenkomen met de netspanning.
f Sluit de elektrische aansluitkabel aan volgens het elektrisch
schema (zie hoofdstuk "Installatie/technische gegevens/
elektriciteitsschema").
www.stiebel-eltron.com