Reparaties aan het apparaat
11.2
In- en uitlaatventiel
1.
Verwijder de schroef die de drukregelknop bevestigt aan de
onderkant van de drukregelknop. Verwijder de knop.
De drie schroeven op de frontkap losdraaien, frontkap
verwijderen.
2. Apparaat inschakelen ON (AAN) en zo uitschakelen OFF (UIT),
dat de zuiger in de onderste stand van de slag staat.
Beknellingsgevaar – niet met vingers of gereedschap
tussen de bewegende delen komen.
3. Netstekker uit het stopcontact verwijderen.
4. Klembeugels van de aansluitbuis van de aanzuigslang
verwijderen, aanzuigslang verwijderen.
5. Retourslang losdraaien.
6. Apparaat 90° naar achteren kantelen zoadat de
materiaaltransportpomp beter bereikbaar is.
7. Indien ermee uitgerust - Verwijder de druksteelklem en schuif
de behuizing van de druksteel (7) uit de behuizing van de
inlaatklep (1).
8. Inlaatventielbehuizing (afb. 10, pos. 1) uit de
materiaaltransportpomp draaien (2).
9. Onderste kogelgeleiding (6), onderste afdichting (5),
inlaatventielkogel (4), inlaatventielzitting (3) en O-ring (8)
demonteren.
10. Alle delen met geschikt reinigingsmiddel reinigen.
Inlaatventielbehuizing (1), inlaatventielzitting (3) en
inlaatventielkogel (4) controleren op slijtage, indien nodig de
delen vervangen.
2
8
11. Uitlaatventielbehuizing (afb. 11, pos. 9) met bahco uit de
zuiger (8) draaien.
12. Bovenste kogelgeleiding (14), schijf (13), uitlaatventielkogel
(12) en uitlaatventielzitting (11) demonteren.
13. Alle delen met geschikt reinigingsmiddel reinigen.
Uitlaatventielbehuizing (9), uitlaatventielzitting (11),
uitlaatventielkogel (12) en bovenste kogelgeleiding (14)
controleren op slijtage, indien nodig de delen vervangen.
14. Montage in omgekeerde volgorde uitvoeren. Zorg ervoor dat
de afdichtring van de uitlaatklep (9) opnieuw wordt geplaatst
6
5
4
3
1
7
NL
met het niet-getapte lipje naar de zuiger gericht. O-ring (afb.
10, pos. 8) met machinevet insmeren en controleren, dat deze
goed aanligt in de inlaatventielbehuizing (afb. 10, pos. 1).
11.3
Pakkingen
Demontage (afb. 12)
1. Inlaatventielbehuizing demonteren conform de stappen
in Hoofdstuk 11.2. Het is niet nodig het uitlaatventiel te
demonteren.
2. Verwijder de koppelschroef (14) en ring (15) waarmee de
verbindingsbus (16) is bevestigd. De verbindingsbus vormt de
verbinding tussen de koppeling (17) en de zuiger (18).
3. Trek de verbindingsbus (16) uit met een tang.
4. Draai de pompas zodanig dat de zuiger zich helemaal
bovenaan bevindt. Druk daarvoor bijv. met een
schroevendraaier het koppeling (17) tegen de bovenste moer
(19). Dit is noodzakelijk om alle onderdelen te demonteren.
5. Verwijder de zuigerset (18) door op de zuiger te drukken,
naast de koppeling (17).
6. Draai de bovenste moer (19) los en verwijder deze met een
verstelbare sleutel.
7. Verwijder de versleten afsluitringen met een schroevendraaier
of priem. Verwijder de bovenste afsluitring (20) van de
bovenzijde en de onderste afsluitring (21) van de onderzijde
door tegen de zijkant van de afsluitring te drukken en deze
uit te laten springen. Zorg ervoor dat u de behuizing niet
beschadigt op de plaats waar de afsluitringen zich bevinden.
8. Reinig de plaats waar de nieuwe afsluitringen moeten worden
bevestigd.
Montage (afb. 12)
1. Schuif de bovenste pakking (20) van de het grijze kalibratie-/
inbrenghulpmiddel (in de richting van het uiteinde) en
plaats in de bovenkant van de pompkast met het verhoogde
lipje (23) naar beneden gericht. Bewaar het kalibratie-/
inbrenghulpmiddel van de bovenste verpakking voor gebruik
in stap 6.
2. Breng een kleine hoeveelheid smeer aan op de draad van de
bovenste moer (19) (torsie tot 300-360 in-lbs). Zet de bovenste
moet op de bovenkant van de behuizing en draai deze aan
met een verstelbare sleutel. De bovenste afsluitring (20) wordt
zo op de juiste plaats gebracht.
3. Kantel de pomp naar achteren zodat deze op de achterkant
ligt. Verwijder de plastic verpakking van de onderste pakking
en het rode voorgevormd hulpmiddel.
56
10
14
13
12
11
9
Performance Series 460e