AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE BOSMAAIER
4.5
Gebruik van de machine
Afb.21
Afb.22
Afb.23
ALLE VEILIGHEIDSSYSTEMEN VAN DE MACHINE EN DE BESCHERMINGSUITRUSTING
MOETEN TIJDENS DE HELE GEBRUIKSPERIODE VAN DE MOTORZEIS IN GOEDE STAAT
GEHOUDEN WORDEN.
De motorzeis brengt de trillingen die door de werking van de ééncilinder verbrandingsmotor veroorzaakt worden en door het
gebruik dat er van de machine gemaakt wordt op de gebruiker over. Door deze trillingen kan de gebruiker oververmoeid raken
en het is dus raadzaam om de werktijd met pauzes af te wisselen.
Om dit euvel te verhelpen is de machine uitgerust met enkele speciaal ontwikkelde rubber antivibratiesystemen. Controleer
altijd of deze antivibratiesystemen in goede staat zijn, laat ze anders door een vakhandel vervangen.
VOER ELKE EVENTUELE REPARATIE OF MONTAGE ALLEEN UIT ALS DE MOTOR
UITGESCHAKELD IS (BEHALVE HET AFSTELLEN VAN DE CARBURATEUR ).
5.0
NA GEBRUIK VAN DE MACHINE
Maak na afloop van het werk de machine en het snijgarnituur schoon en verwijder eventuele grasresten en bladeren, dek het
snijblad of de cirkelzaagbladen met de meegeleverde bescherming af om uzelf en anderen tijdens het vervoer niet te
verwonden (afb. 17).
Pas op dat u de tank niet beschadigt door stoten of snijden. Bij het opbergen van de machine moet u oppassen dat u er nergens
mee tegenaan stoot en hem niet laat vallen omdat de machine hierdoor beschadigd kan worden.
Ga in een houding staan waarin u uw evenwicht goed kunt bewaren en waarin u stabiel en
stevig op uw voeten staat.
Het maaien van gras moet gedaan worden alsof u zich in gangen van ongeveer 1,5 meter
breedte bevindt, waarbij u stap voor stap vooruit moet lopen en van rechts naar links moet
maaien en omgekeerd. Bij elke stap moet u er altijd als u in een nieuwe houding gaat staan weer
voor zorgen dat u stevig op uw voeten staat (afb. 21). Als u grassnijbladen gebruikt en u het
gras wilt opvangen moet u altijd van rechts naar links maaien zodat het gemaaide gras aan uw
linkerkant opgehoopt wordt.
Als u de machine daarentegen voor snoeien of snijden van takken gebruikt monteer dan het
zaagblad dat aan de EG-normen voldoet en de speciale beschermkap die ook aan de EG-normen
voldoet: de machine bereikt zijn maximum snijcapaciteit als er tot op het maximum toerental
gas gegeven wordt en als gevolg daarvan heeft het zaagblad in deze werkomstandigheden
minder kans om vast te lopen of te stoppen. Om dit soort gereedschap op de juiste manier te
gebruiken moet u het zaagblad niet in het kritieke gedeelte gebruiken (afb. 22), met het oog op
het gevaar van terugslag of stoten van het blad (kick-back genoemd). Hierdoor kunt u de
controle over de machine en uw evenwicht kwijtraken en als gevolg daarvan kunt u zich
verwonden.
Wij adviseren om met zijde A van het cirkelzaagblad te zagen om een optimale controle op de
handeling te hebben; het is ook mogelijk om met zijde B te zagen maar in dat geval heeft u een
kleinere controle vanwege het feit dat het zaagblad tegen de klok in draait.
De valrichting van de omgezaagde stam hangt af van het gebruikssegment van het
cirkelzaagblad, een bepaalde hoek van het zaagblad en de diameter van de stam.
- Voor stammen met een diameter tot 3 cm kan het cirkelzaagblad als bijl gebruikt worden,
d.w.z. door de stam in de tegenovergestelde richting dan de verwachte valrichting om te
hakken.
- Voor stammen met een diameter van 3 tot 7 cm mag u het cirkelzaagblad nooit in de
horizontale stand gebruiken maar moet u het altijd een beetje schuin houden en van boven naar
beneden gericht houden om te vermijden dat het zaagblad vastloopt. De hoek moet vergroot
worden naarmate de diameter toeneemt (afb. 23).
- Stammen met een diameter van meer dan 7 cm kunt u ook omhakken met de krachtigere
motorzeis maar dit mag alleen af en toe gedaan worden en niet om een kettingzaag te
vervangen.
Probeer voorzover mogelijk stenen ook als het om kleine stenen gaat, grondhopen, kleine
stukjes hout en al het andere materiaal dat verborgen of slecht zichtbaar kan zijn in het gras te
vermijden.
Als u per ongeluk tegen een groot obstakel aanstoot of als het snijgarnituur vastloopt, plotseling
blokkeert door overbelasting of doordat er gras, plantendraden of boomschorsen om heen
gewikkeld zijn moet u de snelheid tot het minimum beperken om de koppeling uit te schakelen.
Controleer of het mes dat door naloop nog draait tot stilstand is gekomen; als dit niet het geval
is moet u het mes afremmen door middel van wrijving op de grond op een plaats die niet
gevaarlijk is; zet de motor nu af. Haak de motorzeis nu van de draagriem af en leg hem op de
grond: controleer of het snijgarnituur beschadigd is, zoals bijvoorbeeld barsten, gebroken
tanden enz., in dat geval moet u het snijgarnituur vervangen. Als het snijgarnituur daarentegen
bedekt is met materiaal dat er om heen gewikkeld is moet u met uw handen beschermd met
werkhandschoenen en met behulp van gereedschap het snijgarnituur hier volledig van ontdoen.
NL- 15