4. Inbouwen
Wij adviseren u het apparaat te laten inbouwen door een vakspecialist. Dan kunt u
er zeker van zijn dat het apparaat zonder problemen werkt. Onjuiste bekabeling kan
schade aan het apparaat en uw auto veroorzaken. Lees, als u uw autoradio zelf wilt
inbouwen, de aanwijzingen voor inbouwen en aansluiten in deze handleiding.
WAARSCHUWING!
Maak vóór het inbouwen de minpool van de accu los. An-
ders bestaat er kans op kortsluiting en elektrische schok-
ken!
•
Verwijder voor het inbouwen de transportbeveiliging (schroeven in het boven-
deel van het huis van de radio die zijn aangegeven met een rode markering).
•
Controleer of de aansluitingen van uw auto overeenkomen met de aansluitin-
gen op de autoradio.
•
Zorg dat de kabel niet strak wordt getrokken, niet langs scherpe randen loopt en
niet loopt langs onderdelen die heet kunnen worden. Let op dat u de kabels niet
knikt of verdraait.
•
Plaats het apparaat in de daarvoor geschikte slede of kies een plaats voor het
monteren van het apparaat die de bestuurder bij het rijden niet hindert.
•
Sluit de kabels tijdelijk aan voordat u het apparaat definitief inbouwt. Controleer
of de kabels goed zijn aangesloten en of het systeem goed werkt.
•
Neem contact op met een garage of inbouwbedrijf als er wijzigingen aan de
auto noodzakelijk zijn.
•
Als u de adapterbus van het snoer knipt of de kabel doorsnijdt, vervalt uw ga-
rantie!
•
Bouw het apparaat zo in dat er bij hard remmen geen gevaar voor letsel ont-
staat.
•
Bouw het apparaat niet in op een plaats waar hoge temperaturen (bv. direct
zonlicht of verwarmingslucht), stof, vuil of veel schokken optreden. Het apparaat
kan daardoor beschadigd raken.
•
Als het apparaat onder een hoek van meer dan 30° ten op-
zichte van horizontaal wordt ingebouwd kan dit de opti-
male werking beïnvloeden.
•
Houd u bij de montage precies aan de aanwijzingen in
deze handleiding. Controleer alle aansluitingen voordat u de accu van de auto
weer aansluit.
FR
NL
DK
30°
51 van 126