Om een willekeurig nummer te bellen,
u drukt u op toets
u Druk op de aan-/uit-toets
menu te openen en een nummer in te voeren
(voer het telefoonnummer in zoals beschre-
ven in paragraaf "Oproep doen").
u Druk op toets
len.
Op het display worden afwisselend "CALLING"
(kiezen) en het gekozen nummer weergege-
ven.
Bluetooth®-Streaming-weergave
Bluetooth®-Streaming-weergave starten
u Druk net zo vaak op toets SRC
"BT-STREAM" op het display wordt weerge-
geven.
De weergave begint.
Opmerkingen:
• De Bluetooth®-Streaming-weergave kan
nu worden gekozen, wanneer een geschikt
Streaming-apparaat is verbonden.
• Wanneer de verbinding met het Strea-
ming-apparaat tijdens de weergave ver-
loren gaat, wordt kort "DISCONNECTED"
(verbinding verbroken) weergegeven en
de autoradio schakelt over naar de vorige
audiobron.
Titel kiezen
u Druk kort op de toets
vorige/volgende titel te gaan.
Weergave onderbreken
u Druk op toets 3
derbreken ("PAUSE") resp. weer te hervatten.
Overige functies in het Bluetooth®-
menu
Microfoon kiezen
Kies welke microfoon voor de hands free functie
via Bluetooth® gebruikt moet worden.
@
.
2
, om het invoer-
@
om het nummer te bel-
1
totdat
7
/
, om naar de
<
, om de weergave te on-
u Kies in het Bluetooth®-menu het menupunt
"MIC TYPE" (microfoon).
u Druk op toets
7
nen.
u Verdraai de volumeregelaar
instellingen "MIC FRONT" (geïntegreerde mi-
crofoon) en "MIC REAR" (externe microfoon)
om te schakelen.
Bluetooth®-PIN veranderen
De autoradio heeft af fabriek Bluetooth®-PIN
"1234", die u bijv. bij het koppelen van een mobie-
le telefoon moet invoeren op de mobiele telefoon.
U kunt deze PIN veranderen.
u Kies in het Bluetooth®-menu het menupunt
"PIN EDIT" (PIN veranderen).
u Druk op de toets
te openen.
U kunt nu de PIN invoeren:
u Verdraai de volumeregelaar
betreff ende positie een cijfer te kiezen.
u Druk op de toets
volgende resp. vorige positie te gaan.
Opmerking:
Tijdens de invoer van de PIN kunt u het vo-
lume niet wijzigen.
u Druk zo vaak op de toets
de laatste positie bent, om de ingevoerde PIN
te bevestigen en naar het Bluetooth®-menu
terug te keren.
Gekoppelde apparaten beheren
In het Bluetooth®-menu kunt u de gekoppelde
Bluetooth®-apparaten (mobiele telefoons en
streaming-apparaten zoals MP3-spelers) beheren.
In de onderdrukken voor mobiele telefoons en
streaming-apparaten worden de Bluetooth®-
namen resp. adressen van de gekoppelde appara-
ten weergegeven. Hier kunt u:
• De verbinding met actueel verbonden
Bluetooth®-apparaat verbreken
• Een verbinding met een gekoppeld Bluetooth®-
apparaat maken
• Een Bluetooth®-apparaat ontkoppelen
Bluetooth®
om het submenu te ope-
4
, om tussen de
7
, om het invoermenu
4
, om voor de
7
resp.
, om naar de
7
, tot u voorbij
113