Vervanging Van De Batterijen Van De Afstandsbediening; Rangeren Van De Caravan; Aankoppelen Aan Een Trekvoertuig; Onderhoud - Truma Mover XT Mode D'emploi / Instructions De Montage

LED 3 rood brandt bij aanhoudende storing, daarnaast klinkt
een signaaltoon bijv. bij defecte aandrijfmotor
Handremmen aantrekken. Zie „Fouten zoeken"
LED 4 groen knippert als radioverbinding na het inschakelen
van de afstandsbediening nog niet is ingeschakeld
brandt als het apparaat gereed is voor gebruik en
de dataverbinding stabiel is
knippert in combinatie met geluidssignaal
– na 10 seconden uit- daarna inschakelen van de afstandsbe-
diening als de besturing niet bedrijfsklaar is
– als de besturing is uitgeschakeld
– na 1 minuut zonder toetsen van de afstandsbediening aan
te raken
– na afbreken van de radioverbinding
Alle LED „Uit" en geen geluidssignaal
Systeem uit
(eventueel batterijen uit de afstandsbediening controleren)
Vervanging van de batterijen van de
afstandsbediening
Gebruik alleen lekdichte microbatterijen,
LR 03, AAA, AM 4, MN 2400 (1,5 V).
Bij het inzetten van nieuwe batterijen op de plus-/minpool
letten!
Afbeelding 3
Lege, verbruikte batterijen kunnen lekken en de af-
standsbediening beschadigen! Verwijder de batterijen
als de afstandsbediening langere tijd niet wordt gebruikt.
Geen garantie in geval van schade door lekkende
batterijen.
Voor het afdanken van een defecte afstandsbediening beslist
de batterijen verwijderen en op de juiste manier afvoeren.

Rangeren van de caravan

Voor het gebruik van de Mover® XT / XT2 de
„ veiligheidsaanwijzingen" in acht nemen!
Bij afgekoppelde caravan handrem aantrekken.
13-polige stekker bij het motorvoertuig uittrekken en in het
veiligheidsstopcontact van de caravan steken.
De Mover® XT / XT2 kan uit veiligheidsoverwegingen al-
leen worden gebruikt, wanneer de 13-polige stekker van
de caravan in het veiligheidsstopcontact zit.
In geval van een storing mag de 13-polige stekker al-
leen uit het veiligheidsstopcontact worden getrokken,
als de handrem is aangetrokken, omdat anders de elektroni-
sche beveiligingsfuncties buiten werking worden gesteld.
Afstandsbediening inschakelen - groene LED 4 knippert
tot de besturing bedrijfsklaar is. Indien de besturing niet
54
bedrijfsklaar is, wordt de afstandsbediening na ca. 10 secon-
den uitgeschakeld.
De beide toetsen (i) voor aanzwenken tegelijkertijd indruk-
ken, na ca. 3 seconden (veiligheidsvertraging) begint het
aanzwenken.
Controleer aan de hand van de positieweergave of beide
aandrijfrollen correct aanliggen.
Vóór ingebruikname van de Mover® XT / XT2
handremmen uitschakelen.
Met de draai- en schuifregelaar is een beweging in alle richtin-
gen mogelijk.
Door de softstart/softstop wordt de caravan bij het aan-
rijden zonder schokken in beweging gezet resp. bij het
stoppen zacht afgeremd.
Bij loslaten van de draai- en schuifregelaar resp. wanneer het
radiosignaal gestoord of te zwak wordt, stopt de caravan. Ra-
dioapparatuur of andere Mover®-afstandsbedieningen zetten
uw Mover® niet in beweging.
Na het aanrijden verplaatst de Mover® XT / XT2 zich met een
gelijkmatige snelheid (afhankelijk van de positie van de schuif-
regelaar). De snelheid neemt iets toe op een aflopend resp.
neemt af op een oplopend vlak.
Na het rangeren eerst de handrem aantrekken en dan de
aandrijfrollen van de band wegzwenken.
Schuifschakelaar van de afstandsbediening op stand
„Uit" schuiven om de afstandsbediening uit te schakelen
(Mover® XT / XT2 gaat over in stand-by).
De schuifschakelaar doet ook dienst als
„Noodstop"-schakelaar.
Na het rangeren de stekker uit het veiligheidsstopcontact trek-
ken, anders wordt de besturing automatisch na een uur uitge-
schakeld. Als de stekker in het stopcontact zit, wordt de accu
met een ruststroom van ca. 80 mA ontladen.

Aankoppelen aan een trekvoertuig

Met behulp van de Mover® XT / XT2 is een schokvrij, millime-
ternauwkeurig aankoppelen aan het trekvoertuig mogelijk. Dit
vereist echter zorgvuldigheid en enige oefening.
Volgens de gebruiksaanwijzing van de caravan in de buurt
van het trekvoertuig brengen (handrem aantrekken en in ver-
snelling zetten). Voor het nauwkeurig positioneren de draai-
resp. schuifschakelaar activeren tot de koppeling van de
caravan precies boven de kogelkoppeling van het trekvoertuig
staat. Daarna de caravan doorzakken van het steunwiel zoals
gewoonlijk aan het trekvoertuig koppelen.
De caravan zoals gebruikelijk voor het trekken voorbereiden.
Met aangezwenkte aandrijfrollen mag de caravan niet
worden getrokken.

Onderhoud

De aandrijfelementen vrij houden van grof straatvuil. Bij het
schoonmaken van de caravan de Mover® XT / XT2 afspuiten
met een waterslang om modder enz. te verwijderen. Zorg
ervoor dat er geen stenen, takken enz. zitten vastgeklemd.
De besturing behoeft geen onderhoud. De afstandsbediening
moet op een droge plaats worden bewaard.
Jaarlijks (resp. voor het overwinteren) de Mover® XT / XT2
reinigen zoals hierboven beschreven. De caravan niet met
aangezwenkte aandrijfrollen parkeren.
Bij een langere periode van stilstand moet de accu afgeklemd
en tussendoor geladen worden om diepontlading ervan te ver-
mijden. Vóór ingebruikname de accu van de caravan opladen.