ACCU EN OPLADEN
Als de motor van de scooter lange tijd uitgeschakeld blijft in een omgeving met lage
temperaturen (tussen 0 °C en +10 °C), kan het opladen langer duren.
Als de scooter lange tijd niet wordt gebruikt, moeten de batterijen minstens eenmaal
per twee maanden worden opgeladen. In ieder geval mogen de batterijen nooit een
restlading van minder dan 20% hebben gedurende meer dan 30 dagen.
De batterijen mogen niet worden gebruikt bij een omgevingstemperatuur van minder
dan -10 °C of meer dan +45 °C.
De batterijen mogen alleen worden opgeladen met de batterijlader die door de
fabrikant is geleverd.
De batterijen mogen geen stoten ondergaan en ze mogen geen tekenen van externe
schade vertonen van welke aard dan ook.
Zowel bij het opladen als tijdens de bewaring mogen de batterijen niet worden
blootgesteld aan warmte-/koudebronnen, vochtigheid, stof of weersinvloeden.
De garantie dekt storingen in de batterijen die het gevolg zijn van productiegebreken,
de onmogelijkheid om ze op te laden en te ontladen.
De garantie dekt niet de dalende prestaties van de batterijen, die te wijten zijn aan
normaal gebruik en veroudering ervan.
De fabrikant behoudt zich het recht voor om de geldigheid van de garantie te
beoordelen op grond van een analyse van de batterijen.
Koppel nooit de kabels van het elektrische systeem los terwijl de motor ingeschakeld
is, want dan kan de accu beschadigd raken.
Als de accu's gedemonteerd en/of onklaar gemaakt worden, vervalt de garantie.
Met het oog op het milieu, moeten de accu's aan het einde van hun levensduur
worden afgedankt en als afval worden verwerkt conform de geldende wetgeving.
38
eS_Rev02_NL.indb 38
eS_Rev02_NL.indb 38
22/07/2020 10:23:01
22/07/2020 10:23:01