Programma kiezen
Het programma wordt via de infraroodsensoren gekozen.
1. Instelmodus activeren:
Schroef de schroef (F) los en verwijder het deksel (G), zie
uitvouwbaar blad III, afb. [5]. Verbreek de stekkeraansluiting
tussen elektronica en batterijhouder (H) en breng deze
na 10 sec. weer tot stand, zie afb. [6]. De instelmodus is
gedurende 3 minuten actief.
2. Houd uw hand op een afstand van 3 - 7cm voor
de sensoren, zie afb. [7].
Het controlelampje (I) in de sensoren knippert snel.
3. Haal uw hand na het doven van het controlelampje van de
sensoren. De programmakeuzemodus is geactiveerd.
4. Houd uw hand opnieuw voor de sensoren.
De programma's worden door groepen van knipperingen via
het controlelampje in de sensoren aangegeven. De groepen
zijn gescheiden door een pauze.
5. Programma's en aanduiding:
De aanduiding start met het momenteel ingestelde
programma. Het aantal knipperingen geeft de betreffende
programma's aan:
1 = programma 1
Pauze
2 = programma 2
Pauze
...
7 = programma 7
Pauze
Na de groep met 7 knipperingen begint de doorloop weer
vooraan.
1 = programma 1
...
6. Programma kiezen:
Het programma wordt gekozen door de hand in de pauze na
het gewenste programma van de sensoren te halen. Na het
weghalen van de hand verschijnen de betreffende
knipperingen weer.
7. Een nieuw programma kan indien gewenst gedurende de
volgende 5 sec. worden gekozen. De
programmakeuzemodus is automatisch afgesloten als de
hand 5 sec. na het kiezen van een programma niet meer op
de sensoren wordt gehouden.
Reinigingsmodus starten
De reinigingsmodus wordt geactiveerd door de hand voor de
sensoren te houden (controlelampje brandt eerst continu, gaat
dan knipperen). Neem uw hand bij het begin van het knipperen
weg.
Reinigingsmodus afsluiten
De reinigingsmodus kan voortijdig worden afgesloten door de
hand opnieuw voor de sensoren te houden (knipperen gaat
over in continu branden). Neem uw hand na het doven van het
controlelampje weg of de reinigingsmodus eindigt automatisch
na 3 minuten.
23
Signalering van de restcapaciteit van de batterij en
uitvoering van de thermische desinfectie
Draai de thermostaat helemaal tot de aanslag in de richting
voor warm water.
Wilt u de thermische desinfectie starten en de restcapaciteit
van de accu signaleren, houd dan uw hand voor de sensoren
(controlelampje brandt eerst continu, gaat dan langzaam en
vervolgens snel knipperen). Neem uw hand bij het begin van
het snel knipperen weg. De restcapaciteit van de accu wordt
door het aantal knipperingen als volgt gesignaleerd:
4 = restcapaciteit > 60%
3 = restcapaciteit > 40%
2 = restcapaciteit > 20%
1 = restcapaciteit < 20%
Na het uitvoeren van de restcapaciteit start de thermische
desinfectie.
Tijdens het signaleren van de restcapaciteit van
de batterij moeten de handen uit het detectiebereik
van de sensoren worden gehaald.
Als er tijdens de thermische desinfectie (warmwaterstroom)
een object wordt gedetecteerd, wordt de waterloop meteen
onderbroken en wordt de kraan geblokkeerd (controlelampje
gaat knipperen).
De kraanblokkering eindigt automatisch na 3 minuten of kan
voortijdig worden beëindigd (zie Reinigingsmodus afsluiten).
Onderhoud
Sluit de koud- en warmwatertoevoer af.
Controleer en reinig alle onderdelen. Vervang onderdelen
indien nodig. Vet de onderdelen met speciaal armaturenvet in.
I. Terugslagklep (J), zie uitvouwbaar blad III, afb. [8].
• Schroef de aansluitnippel (K) er rechtsom uit (linkse
schroefdraad).
De onderdelen worden in omgekeerde volgorde gemonteerd.
II. Thermostaatkardoes (L), zie uitvouwbaar blad III, afb. [9].
1. Trek de temperatuurgreep (C) eraf.
2. Draai de schroefring (M) los met gereedschap van 34mm.
3. Wip de thermostaatkardoes (L) zo nodig uit de
uitsparing (L1).
4. Schroef de schroefring (M) eraf.
De onderdelen worden in omgekeerde volgorde gemonteerd.
Let op de inbouwpositie van de thermostaatkardoes (L) en
de temperatuurgreep (C), zie details.
Na elk onderhoud aan de thermostaatkardoes moet u deze
opnieuw afstellen (zie Afstellen).