ansen
T R A N S M I S S I O N S
5.5.2. Tandwielkast met holle as met
spieverbinding
Montage
( fig. 2a)
- Behandel de pasvlakken (b) van de machineas met montagepasta.
- Plaats de O-ring (c) op de machineas.
- Leg de meegeleverde montagespie (d) in de spiebaan van de machineas,
met de aanslag van de spie tegen de asspiegel.
- Plaats de tandwielkast op de machineas. Let er op dat de spiegroeven
t.o.v. elkaar gepositioneerd staan.
- Trek de tandwielkast op de as d.m.v. draadstang (e), moer (f) en drukschijf
(g) tot de montagespie (d) en de drukschijf (g) mekaar raken.
- Verwijder moer (f), drukschijf (g) en montagespie (d).
- Controleer of de spie (m) bovenaan voldoende speling heeft.
- Breng de spie (m) aan (≠ montagespie).
- Monteer terug drukschijf (g) en moer (f).
- Trek de tandwielkast verder op de as tot de vlakken (h) en (i) aanliggen.
- Verwijder moer (f), drukschijf (g) en draadstang (e).
Bevestiging
(fig. 2b)
- Breng drukschijf (g) opnieuw aan en bevestig deze aan de machineas met
de daartoe voorziene bevestigingsbouten (J).
- Monteer het beschermdeksel (k).
In geval van uitwendige axiale belastingen op de as, moeten de speciale in-
n
structies op de maatschets gevolgd worden.
Demontage
(fig. 2c)
- Verwijder beschermdeksel (k) en de bevestigingsbouten (J).
- Bevestig de drukschijf (g) op de holle as d.m.v. bouten (ZY) (afmetingen
voor ZY: zie maattekening).
- Monteer afdrukbout (l) in het centraal gat in de drukschijf (g).
- Draai bout (l) aan om de tandwielkast van de aangedreven as te
verwijderen
Opmerking
De onderdelen e, f, l en ZY behoren niet tot onze levering (kunnen wel optio-
neel geleverd worden).
Gegevens: zie catalogus of maattekening.
FIG. 2
c
•
•
h
i
MONTAGE
•
•
BEVESTIGING
•
•
DEMONTAGE
®
d
b
m
m
5.5.3. Montage van de reactiestang
Na montage van de tandwielkast op de aangedreven as (zie par. 5.5.1. en
5.5.2.), dient men de tandwielkast met behulp van de in optie geleverde reac-
tiestang aan een vast reactiepunt te bevestigen. De bevestigingsplaats van de
reactiestang aan de kast is op de maattekening of in de catalogus aangeduid.
De vereiste flexibele en soepele verbinding wordt door de voorgespannen
schotelveren van de reactiestang gerealiseerd.
De voorspanning van de schotelveren (A) wordt als volgt ingesteld:
- Bepaal de afstand S (fig. 3a), dit is de hoogte van het veerpakket in
onbelaste, niet gemonteerde toestand.
- Draai de moeren aan tot afstand S1 (afstand tussen de tandwielkast en
het steunpunt) = S - ∆S (fig. 3b, 3c, 3d)
- Wanneer de afstand S1 ingesteld is, de moeren borgen door de buitenste
moer en de tegenmoer tegen elkaar op te spannen.
Tabel 2
Tandwielkast
grootte
e
QH.A2
f
QH.B2
g
QH.C2
QH.D2
2a
QH.E2
QH.F2
QH.G2
QH.H2
k
J
g
2b
Tabel 3
Tandwielkast
grootte
ZY
QH.C3
QH.D3 - QH.D4 45
QH.E3 - QH.E4
QH.F3 - QH.F4
l
QH.G3 - QH.G4 60
g
QH.H3 - QH.H4 60
2c
ansen
∆S = indrukking schotelveren (tabel 2,3 en 4) verkregen door het
gewicht van de tandwielkast en het aandraaien van de
moeren.
A
FIG. 3
D
PT
D
PT
PR max
±5
mm
inch
35
M16
40
1.57
35
M20
50
1.97
45
M24
60
2.36
45
M24
60
2.36
60
M30
75
2.95
60
M30
75
2.95
60
M36
90
3.54
60
M36
90
3.54
D
PT
D
PT
PR max
±5
mm
inch
35
M20
50
1.97 0,7 0.028 2 x 3
M24
60
2.36 0,9 0.035 2 x 2
45
M24
60
2.36 0,9 0.035 2 x 3
60
M30
75
2.95 1,0 0.039 2 x 2
M36
90
3.54 1,0 0.039 2 x 3
M36
90
3.54 1,0 0.039 2 x 3
S
3a
S 1 = S - S
PR
3b
∆S
A
mm
inch
Q*
DIN 2093
0,7 0.028 2 x 2
A 80
0,7 0.028 2 x 2
A 80
0,9 0.035 2 x 2
A 100
0,9 0.035 2 x 3
A 100
1,0 0.039 2 x 3
A 125
1,0 0.039 2 x 3
A 125
1,0 0.039 2 x 4
A 125
1,0 0.039 2 x 4
A 125
Q*: Aantal schotelveren
S 1 = S - S
PR
3c
∆S
A
mm
inch
Q*
DIN 2093
A 80
A 100
A 100
A 125
A 125
A 125
Q*: Aantal schotelveren
31