HOOFDSTUK 5
WERKING
AANZUIGING VAN DE POMP
GEVAAR
De pomp mag pas gestart worden nadat deze met vloeistof is gevuld.
GEVAAR
Verricht de handelingen voor het vullen van de elektropomp als deze lange tijd niet zal worden gebruikt.
Installatie van de pomp onder het vloeistofpeil (aanzuiging onder vloeistofhoogte). Afbeelding 1
1. Sluit de afsluiter na de pomp
(toevoerzijde).
2. Open de afsluiter voor de pomp
(aanzuigzijde).
GEVAAR
De pomp mag niet werken als de afsluiter op de toevoer is gesloten. Open de afvoerklep onmiddellijk nadat de pomp is
gestart om te voorkomen dat de pomp wegens de overmatige stijging van de vloeistoftemperatuur beschadigd raakt.
Installatie van de zelfaanzuigende pomp boven het vloeistofpeil (aanzuiging boven vloeistofhoogte). Afbeelding 2, Afbeelding 3 en
"Installatie" Tab1.
1. Ga na of de leiding na de pomp
(toevoerzijde) niet wordt afgesloten
2. Open de afsluiter na de pomp
(toevoerzijde).
3. Open de afsluiter voor de pomp
(aanzuigzijde). Raadpleeg Afbeelding
2 voor de installatie.
4. Open een kraan in de buurt van de
pomp om de lucht af te laten.
De terugslagklep in Afbeelding 3 kan gebruikt worden om te voorkomen dat de pomp in het geval van een stilstand leegloopt, zodat de
vloeistof voor de volgende inschakeling in het pomphuis achterblijft.
GEVAAR
Vul de pomp altijd voor de inschakeling als geen terugslag- of voetklep op de aanzuigopening aanwezig is.
GEVAAR
Herhaal de handelingen van 1 tot 10 als de pomp slechts met moeite de druk kan verhogen. Als de pomp na diverse pogingen
niet correct werkt, raadpleeg het deel defecten "beknopte gids in het geval van storingen".
3. Draai de vuldop los zodat de lucht
naar buiten kan stromen en het
pomphuis en de aanzuigleiding
volledig met de vloeistof kunnen
worden gevuld, tot de vloeistof uit de
vulopening naar buiten stroomt.
5. Verwijder de vuldop.
6. Vul het pomphuis en de aanzuigleiding
volledig met vloeistof (Afbeelding
2) of vul uitsluitend het pomphuis
(Afbeelding 3) met een trechter tot de
vloeistof uit de vulopening stroomt.
7. Sluit de vuldop van de pomp.
8. Vul de leiding en de pomp tot uit het
tweede gat vloeistof naar buiten
stroomt als de vulopening op de
leiding is geïnstalleerd.
4. Draai de vuldop stevig vast.
5. Start de pomp en open de afsluiter
na de pomp (toevoerzijde) voorzichtig
om de resterende lucht uit het
pomphuis af te laten en te voorkomen
dat tijdens het starten druk wordt
opgebouwd.
9. Breng de tweede vuldop aan.
10. Start de pomp en wacht tot de
vloeistof wordt verpompt. De pomp
kan 5 minuten werken om de vloeistof
aan te zuigen. Herhaal de stappen
van 1 tot 10 als de pomp geen druk en
geen debiet opbouwt.
NL
51