Hoofdstuk 3
Security Mode (Beveiligingsmodus) > WPA Personal
Encryption
(Versleuteling) WPA ondersteunt de TKIP-
versleutelingsmethode met dynamische sleutels.
Passphrase
(Wachtzin) Voer de code in die door de bridge
en uw draadloze router of access point wordt gedeeld. De
sleutel moet uit 8-63 tekens bestaan.
Klik op Save Settings (Instellingen opslaan) om de
wijzigingen door te voeren of klik op Cancel Changes
(Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
WPA2 Personal
WPA2 is een geavanceerdere, veiligere versie van WPA.
Security Mode (Beveiligingsmodus) > WPA2 Personal
Encryption
(Versleuteling) WPA2
versleutelingsmethoden: TKIP en AES, met dynamische
versleutelingssleutels. Selecteer de versleutelingsmethode:
AES, of TKIP of AES. De standaardinstelling is AES.
Passphrase
(Wachtzin) Voer de code in die door de bridge
en uw draadloze router of access point wordt gedeeld. De
sleutel moet uit 8-63 tekens bestaan.
Klik op Save Settings (Instellingen opslaan) om de
wijzigingen door te voeren of klik op Cancel Changes
(Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
WEP
WEP is een basale versleutelingsmethode en minder veilig
dan WPA of WPA2.
Dual-Band Wireless-N Ethernetbridge
ondersteunt
twee
Geavanceerde configuratie
Security Mode (Beveiligingsmodus) > WEP
Encryption
(Versleuteling) Selecteer
versleutelingsniveau dat u wilt gebruiken: 40/64 bits (10
hex digits) (40/64-bits (10 hexadecimale tekens)) of 104/128
bits 26 hex digits (104/128-bits (26 hexadecimale tekens)).
De standaardwaarde is 40/64 bits 10 hex digits (40/64-bits
(10 hexadecimale tekens)).
Key 1
(Sleutel 1) Voer de WEP-sleutel van uw netwerk in.
Tx Key
(Tx-sleutel) Key 1 (Sleutel 1) is de zendsleutel die
door de bridge wordt gebruikt.
Authentication
(Verificatie) De
Auto (Automatisch) waardoor Open System-verificatie of
verificatie met een gedeelde sleutel kan worden gebruikt.
Selecteer Open om Open System-verificatie te gebruiken. De
verzender en de ontvanger gebruiken dan geen WEP-sleutel
voor de verificatie. Selecteer Shared (Gedeeld) om verificatie
met een gedeelde sleutel te gebruiken. De verzender en
de ontvanger gebruiken dan wel een WEP-sleutel voor de
verificatie.
Klik op Save Settings (Instellingen opslaan) om de
wijzigingen door te voeren of klik op Cancel Changes
(Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
Wi-Fi Protected Setup
Er zijn twee beschikbare methoden. Gebruik de juiste
methode voor de router die u gebruikt.
Wireless (WLAN) > Basic Wireless Settings
(Standaardinstellingen WLAN), Wi-Fi Protected Setup
het
WEP-
standaardwaarde
is
5