NL
Reiniging en onderhoud
Laat reparatiewerkzaamheden
en onderhoudswerkzaamheden,
die niet in deze handleiding
beschreven zijn, op een service-
werkplaats doorvoeren. Maak
uitsluitend gebruik van originele
Grizzly-wisselstukken. Er be-
staat gevaar voor ongevallen!
Voer onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden in principe
bij een uitgeschakelde motor
en een afgetrokken bougiedop
door. Er bestaat gevaar voor
verwondingen!
Laat het apparaat vóór alle on-
derhouds- en reinigingswerk-
zaamheden afkoelen. Elementen
van de motor zijn heet. Er be-
staat gevaar voor brandwonden!
Draag bij de omgang met het mes
handschoenen.
Neem voor reinigings- en onder-
houdswerkzaamheden ook de bij-
geleverde bedieningshandleiding
van Briggs & Stratton in acht.
Wij adviseren dat u zich voor on-
derhoudswerkzaamheden aan de
motor tot een Briggs & Stratton-
dealer richt. Een winkel in uw buurt
vindt u op:
https://www.briggsandstratton.com/
na/en_us/support/dealer-locator.html.
76
Reiniging en algemene onder-
houdswerkzaamheden
Voor reinigings- en onderhouds-
werken aan de onderkant van het
apparaat kantelt u het apparaat
naar achteren, zodat de bougie
naar boven steekt.
Zorg ervoor dat een tweede per-
soon het apparaat vasthoudt, om-
dat het risico bestaat dat het terug
kantelt.
Kantel het apparaat niet opzij of
voorwaarts. Bedrijfsvloeistoffen
kunnen uitlopen en de motor kan
beschadigd worden..
•
Houd het apparaat steeds netjes.
Gebruik om te reinigen een borstel of
een doek, maar geen bijtende reini-
gings- of oplosmiddelen.
Gebruik om te reinigen van de motor
geen water, het zou de brandstofin-
stallatie kunnen verontreinigen.
•
Verwijder na het maaien vastklevende
plantenresten met een stuk hout of
plastic. Reinig in het bijzonder de ven-
tilatieopeningen (
opening en het bereik van de messen
(zie ook „Mes reinigen").
Gebruik geen harde of puntige voor-
werpen, u zou het apparaat kunnen
beschadigen.
•
Smeer de wielen van tijd tot tijd met
olie in.
•
Controleer de grasmaaier telkens vóór
gebruik op zichtbare gebreken zoals
losse, versleten of beschadigde on-
derdelen. Ga de vaste zitting van alle
moeren, bouten en schroeven na.
•
Controleer afdekkingen en bescher-
mingsinrichtingen (
op beschadigingen en correcte zitting.
Wissel deze eventueel uit.
11),de uitwerp-
2, 11, 14, 22)