•
Zuig geen brandende, gloeiende of
rokende materialen (bijvoorbeeld si-
garetten, vuur(gloed)), dampen of licht
ontvlambare, giftige of explosieve stof-
fen aan.
•
Zuig geen vochtig of nat materiaal en
geen vloeistoffen aan.
•
Gebruik uitsluitend (reserve)onderdelen
die door ons servicecentrum worden
geleverd en aanbevolen.
•
Maak uitsluitend gebruik van reserve-
onderdelen en toebehoren, die door
de fabrikant geleverd en aanbevolen
worden.
•
Trek de stekker uit het stopcontact wan-
neer:
- u het apparaat niet gebruikt, wanneer
u het apparaat laat vervoeren of wan-
neer u het zonder toezicht achterlaat;
- u het apparaat controleert, het reinigt
of wanneer u blokkeringen verwijdert;
- u reinigings- of onderhoudswerkzaam-
heden doorvoert of toebehoren uitwis-
selt;
- de voedingskabel of het verlengsnoer
beschadigd is;
- na aanraking met vreemde voorwer-
pen of in geval van abnormale trillin-
gen.
•
Gebruik het apparaat niet in gesloten
of slecht verluchte lokalen.
•
Gebruik het apparaat niet in de nabij-
heid van ontvlambare vloeistoffen of
gassen. Indien dit niet in acht genomen
wordt, bestaat er brand of ontploffings-
gevaar.
•
Bewaar het apparaat op een droge
plaats en buiten de reikwijdte van kin-
deren.
•
Behandel uw apparaat met zorg.
Neem de onderhoudsvoorschriften in
acht.
•
Controleer de vangzak regelmatig op
slijtage of beschadigingen.
•
Houd alle toegangen voor de koellucht
vrij van vuil.
Opgepast! Zo vermijdt u schade
aan het apparaat en eventueel
daaruit voortvloeiende lichamelijke
letsels:
•
Het lichaam niet te ver strekken en erop
letten, het evenwicht niet te verliezen.
•
Behandel uw toestel met zorgvuldig-
heid. Reinig regelmatig de luchtgleuven
en volg de onderhoudsvoorschriften
op.
•
Overbelast uw apparaat niet. Werk
uitsluitend binnen het aangegeven ver-
mogensbereik. Gebruik geen machines
met een laag prestatie vermogen voor
zware werkzaamheden. Gebruik uw
apparaat niet voor doeleinden, waar-
voor het niet bestemd is.
•
Probeer het apparaat niet zelf te repa-
reren, tenzij u een geschikte opleiding
hebt genoten. Alleen op een door ons
servicecenter mogen werkzaamheden
worden verricht die niet in deze hand-
leiding staan vermeld.
Elektrische veiligheid:
Opgepast: zo vermijdt u ongevallen
en verwondingen door een elektri-
sche schok:
•
Let erop dat de netspanning met de op
het typeaanduidingplaatje vermelde
gegevens overeenstemt.
•
Sluit het apparaat zoveel mogelijk
slechts op één stopcontact met be-
schermingsinrichting voor een correcte
stroom (FI-schakelaar) met een gemeten
stroom van niet meer dan 30 mA aan.
•
Controleer telkens vóór gebruik het
apparaat en de netaansluitleiding met
NL
81