Progammeerprocedure
1) Start scherm
• Sluit de netvoeding aan op de afzonderlijke 3-weg aansluitstrip van de aandrijving.
• Sluit de draden van de besturingsunit en die van de veiligheidsvoorzieningen aan.
OPGELET: ALLE NIET-GEBRUIKTE NC CONTACTEN MOETEN OVERBRUGD WORDEN
• Het grafische display zal het beginscherm laten zien en de aanduiding 'PROGRAM' zal
knipperen.
Display-aanduidingen
- Aanduiding voor blokkeerknop
- Aanduiding voor omkeringsfotocellen
- Aanduiding voor stopfotocellen
- Aanduiding voor veiligheidscontactlijst
- Aanduiding voor openingsknop
- Aanduiding voor sluitknop
- Aanduiding voor sequentieel commando
- Aanduiding voor de beperkte openingsknop
De display-aanduidingen zijn in de rusttoestand (witte letters op een zwarte ondergrond) als de betreffende
veiligheidsvoorziening niet ingeschakeld is. Controleer of het betreffende veld als de veiligheidsvoorzieningen
ingeschakeld worden verandert (zwarte letters op een witte ondergrond).
Indien één of meer van de aanduidingen van de veiligheidsvoorzieningen
controleer dan of de niet-gebruikte contacten van de veiligheidsvoorzieningen overbrugd zijn.
De aanduidingen
TA
-
TC
-
TD
wordt geactiveerd, bijvoorbeeld door op de knop 'TA' te drukken verandert de status van het veld op het display
van 'inactief' in 'actief' (witte letters op een zwarte ondergrond).
• Het
symbol op het startscherm geeft aan dat de besturingsunit op hoofdspanning functioneert.
inactief actief
TB
FI
FS
CP
CP
TA
TC
TD
TAL
TAL
-
TAL
veranderen van status op het display wanneer het betreffende commando
TB
FI
FS
24
25
26
22
23
TA
TC
TD
-
-
-
TB
FI
FS
228
1) Startscherm
TB
FS
00.000.007
07-06-16
27
28
1a) Startscherm
(hoofdspanning)
TB
FS
actief zijn
CP
00.000.007
07-06-16
PROGRAM
FI
TA
FD
CP
TC
TAL
15.35
PROG/OK
PROGRAM
FI
TA
FD
CP
TC
TAL
15.35
PROG/OK