Salda RIRS 3500HE/HW EKO 3.0 Données Techniques page 18

RIRS 3500HE/HW EKO 3.0
pression.
Il y a aussi la possibilité de connecter un con-
vertisseur de CO2 (lorsque les convertisseurs
de pression ne sont pas connectés).
a) La protection de l'aérotherme eau chaude
comprend plusieurs niveaux de protection :
Premier : si, durant la saison froide, la
température de l'eau sortant est inférieure à +
10°C (mesurée avec la sonde TV), on entrouvre
obligatoirement le servomoteur de la soupape de
l'aérotherme M6. Indépendamment du fait s'il y
a un besoin en chauffage ou non.
Deuxième : si, après avoir complètement en-
trouvert la soupape de la batterie, la température
de l'eau n'atteint pas + 10°C et que la tempéra-
ture de l'air après les batteries tombe à moins
de + 7°C/+ 10°C (en fonction de la température
réglée sur le thermostat de protection T1), la
centrale de traitement d'air est arrêtée. Afin que
le chauffe-eau ne gèle pas (lorsque l'unité est
arrêtée), deux sorties fonctionnent : la pompe de
circulation M4 et le servomoteur de la soupape
de l'aérotherme M6. Le servomoteur de clapet
d'air neuf avec ressort de retour est (doit être)
aussi utilisé pour la protection de l'aérotherme.
Le clapet d'air soufflé est aussi tout de suite
fermé après disparition de la tension, il ne se
reconnecte pas automatiquement et il faut le
redémarrer à partir du boîtier.
b) Lorsque la centrale a une batterie élec-
trique, celle-ci a deux niveaux de protection
contre la surchauffe. La batterie électrique est
protégée contre la surchauffe par des protections
thermiques capillaires de deux types, c'est-à-
dire manuelle et automatique. La protection
thermique automatique se déclenche lorsque
la température de l'air dépasse + 50°C, et la
manuelle se déclenche lorsque la température
de l'air dépasse + 100°C. La protection ther-
mique automatique est utilisée à +50°C pour
déconnecter la batterie électrique si les éléments
de chauffage chauffent à plus de + 50°C et com-
mencent à « brûler » l'oxygène.
Les protections thermiques capillaires ne
diffèrent par leur construction que parce que la
protection thermique automatique en surchauffe
se remet en position de fonctionnement. La pro-
tection thermique manuelle ne se remet pas, elle
doit être remise en position de fonctionnement
en appuyant sur le bouton « RESET » qui se
trouve sur le couvercle de service de la batterie.
Lorsque la protection thermique manuelle se
déclenche, les ventilateurs fonctionnent à pleine
puissance tant que la protection manuelle de la
batterie (pression du bouton « reset ») ne se
rétablit pas et que la centrale ne se connecte
pas de nouveau. Lorsqu'une panne de la bat-
terie est enregistrée, elle est réglée selon la
température sur le boîtier uniquement après
évaluation de la cause du disfonctionnement et
après s'être assuré s'il est possible de rétablir
en toute sécurité la protection manuelle de la
batterie. Il faut également évaluer si les autres
éléments de l'automatique et de l'installation ne
sont pas abîmés.
Protection antigel de l'échangeur de chaleur
de pression différentielle (relais de pression dif-
férentielle PS 600) (elle est utilisée uniquement
dans les centrales les plus productives (à partir
de 1200m3/h)).
Le déclenchement de la protection thermique
automatique a lieu le plus souvent en raison de
la faible vitesse du ventilateur (ventilateur en
panne, clapet/servomoteur d'air neuf bloqué /
en panne)
c) La protection de l'échangeur de chaleur à
lamelles est activée en fonction d'un algorithme
18
Koeling op basis van extractielucht wordt
gebruikt wanneer de temperatuur van de
omgevingslucht hoger is dan de ingestelde
temperatuur (zie paragraaf II.6.3.3. van de
FLEX beschrijving). Dit is de zogenaamde
zomermodus.
Met behulp van
afstandsbedieningspaneel kan de gebruiker de
snelheid van de ventilatormotor aanpassen
(zie paragrafen II.6.7 en II.6.8 van de FLEX
beschrijving). Een analoog besturingssignaal
0-10 VDC voor motoren wordt gegenereerd
door de RG1 regelaar. De snelheid van de
toevoer- en extractielucht kan synchroon of
asynchroon aangepast worden (zie paragrafen
II.6.7 en II.6.8 van de FLEX beschrijving).
Indien een waterverwarmer van
toevoerlucht gebruikt wordt en de HVAC-unit
ingeschakeld wordt, beginnen de ventilatoren
te werken na 20 seconden Gedurende deze
periode wordt de actuator van het waterventiel
geopend, zodat de waterverwarmer de tijd
heeft om op te warmen tot de optimale
temperatuur. Er moeten twee drukconvectoren
gebruikt worden indien men twee ventilatoren
wenst te bedienen met een constante druk in
het systeem.
De mogelijkheid bestaat ook om een CO2-
converter (extractielucht) aan te sluiten (indien
er geen drukconvertoren zijn aangesloten).
Beveiliging van het systeem
а) De bescherming van de waterverwarmer
omvat verschillende stappen.
Eerste stap: indien tijdens koude periodes
de temperatuur van het uitstromende water
zakt onder +10°C (gemeten door de TV-
sensor), dan opent de actuator M6 van de
waterverwarmer automatisch. Dit
ongeacht of er nood is aan warmte of niet.
Tweede stap: indien de temperatuur van het
water geen +10°C bereikt nadat de klep van
de verwarmer volledig geopend werd en de
luchttemperatuur na de verwarming zakt onder
+7/+10°C (afhankelijk van de temperatuur die
ingesteld is op de beschermingsthermostaat
T1), dan stopt de luchtbehandelingscentrale.
Opdat de waterverwarmer niet
bevriezen (wanneer de unit niet werkt),
werken er twee uitgangen: circulatiepomp M4
en actuatorklep van de waterverwarmer
M6. Voor de bescherming van
waterverwarmer wordt (moet) ook
actuatorklep van de luchttoevoer met
retourveer gebruikt worden.
spanningverlies wordt de luchttoevoerklep
onmiddellijk gesloten. Deze reset
automatisch en moet gereset
opgestart) worden op het bedieningspaneel.
b) Wanneer het toestel
elektrische verwarmer heeft, beschikt deze
over twee beveiligingsniveaus
oververhitting. De elektrische verwarmer
wordt beveiligd tegen oververhitting
behulp van 2 soorten capillaire thermische
veiligheden: manueel en automatisch.
automatische thermische veiligheid
geactiveerd wanneer de luchttemperatuur
hoger is dan 50°C en de manuele
veiligheid wordt geactiveerd wanneer de
luchttemperatuur hoger is dan 100°C. De
automatische thermische veiligheid van +50°C
wordt gebruikt om de elektrische verwarmer uit
te schakelen indien de temperatuur van de
verwarmingselementen hoger zijn dan +50°
C, en er zuurstof wordt "verbrand".
Door de opbouw van de capillaire
thermische veiligheid keert
thermische veiligheid automatisch
naar de werkingspositie. De manuele
thermische veiligheid reset
automatisch en moet worden gereset naar
de werkingspositie door te drukken op de
RESET-knop op het bedieningsdeksel van
de verwarmer.
Wanneer de manuele thermische
veiligheid geactiveerd wordt, werken
ventilatoren aan maximaal vermogen
tot de manuele thermische veiligheid
gereset wordt (door te drukken op de reset-
knop), en het toestel opnieuw
opgestart. Wanneer er een defect van de
verwarmer is, kan de manuele thermische
veiligheid pas gereset worden wanneer nadat
het
de
a) Several steps of protection are provided for
protection of the water heater.
First: if during cold periods the temperature
of the outward water flow drops below +10 °C
(as measured by the TV sensor), then the wa-
ter heater valve actuator M6 is forced to open
regardless the need for heat.
gebeurt
Second: if the water temperature does not
reach +10 °C after fully opening the hater valve
and the air temperature after heating drops below
+7/+10 °C (as set on the protection thermostat
T1), then the air supply device is stopped. To
protect water heater from freezing (when the
unit is stopped), tow outputs operate: circulatory
pump M4 and water heater valve actuator M6.
Supply air valve actuator with the return spring is
(should be) used for the protection of the water
heater. During voltage loss, supply air valve is
closed immediately. It does not automatically
zou
reset and should be reset (restarted) from the
control panel.
b) When the device has the electric heater,
then two levels of overheat protection are used.
de
Two types of the capillary thermal protections are
de
used for the overheat protection of the electrical
heater: manual and automatic. Automatic ther-
mal protection is activated when air temperature
Bij
exceeds +50 °C and manual protection is acti-
vated when air temperature exceeds +100 °C.
niet
Automatic thermal protection +50 °C is used to
(opnieuw
disconnect the electric heater if the temperature
of the heating elements exceeds +50 °C which
could cause consumption of the oxygen.
Capillary thermal protections are different only
een
with respect to construction to allow automatic
thermal protection to reset to the operation state.
tegen
Manual thermal protection does not reset and
should be reset to the operation state by pressing
RESET button on the service cover of the heater.
met
When manual thermal protection is triggered,
fans operate in maximum capacity until the
De
manual heater protection is reset (by pressing
wordt
the reset button) and the device is restarted.
When heater fault is registered, manual heater
protection can be restored only after estimation
of the fault cause and only if it is safe to do so
regardless of the temperature setting on the
control panel. Also it should be inspected if
other automation and installation elements are
not damaged.
Antifreeze protection of the differential pres-
sure heat exchanger (differential pressure relay
PS600) is used only in more efficient devices
(from 1200 m3/h).
Triggering of the automatic thermal protection
mostly occur due to low fan speed (faulty fan,
stuck/faulty air inlet valve/actuator).
de
terug
niet
de
wordt
Sommerbetriebsart genannt.
Der Benutzer kann die Motorgeschwindigkeit
in drei Stufen (Stufengeschwindigkeiten werden
im Einstellungsfenster des Pults angepasst;
siehe Beschreibung des Pults FLEX, Punkt
II.6.7 und II.6.8) mit Hilfe des Fernbedienpultes
regeln. Analoges Steuersignal von 0-10V DC
für die Motoren macht der Regler RG1 aus.
Geschwindigkeit der Ventilatoren für ZU- und
Abluft kann synchron oder asynchron geregelt
werden (siehe Beschreibung des Pults FLEX,
Punkt II.6.7 und II.6.8). Falls ein Wasserheizer
der Zuluft gebraucht wird und die HKLK-Anlage
eingeschaltet ist, schalten sich die Ventilatoren
nach 20s ein. Während dieser Zeit wird das
Getriebe vom Wasserventil geöffnet, damit
der Wasserheizer rechtzeitig bis zur optimalen
Temperatur erhitzt wird.
Wenn man will, beide Ventilatoren durch
das Beibehalten des konstanten Druckes im
System zu steuern, müssen zwei Drucktauscher
gebraucht werden.
Es ist auch eine Möglichkeit vorgesehen,
den CO2-Tauscher (Abluft) anzuschließen
(in dem Falle, wenn die Drucktauscher nicht
angeschlossen sind).
a) Für den Schutz des Wasserheizers sind
einige Schutzstufen geschaffen:
Erste Stufe: wenn während der kalten
Jahreszeit die Temperatur des auslaufenden
Wassers unter +10 °C sinkt (wird mit einem
TV-Fühler gemessen), wird das Ventilgetriebe
M6 vom Wasserheizer halbgeöffnet. Das wird
ungeachtet dessen, ob es Wärmebedarf gibt
oder nicht, gemacht.
Zweite Stufe: wenn nach dem, als das
Ventil vom Heizer völlig geöffnet wird, die
Wassertemperatur nicht +10 °C überschreitet
und Lufttemperatur nach den Heizern +7/
+10 °C unterschreitet (in Abhängigkeit davon,
welche Temperatur auf dem Schutzthermostat
T1 eingestellt ist, wird die Luftzufuhranlage
gestoppt. Damit der Wasserheizer nicht erfriert
(wenn das Aggregat gestoppt ist), arbeiten zwei
Ausgänge: Umlaufsauger M4 und Ventilgetriebe
vom Wasserheizer M6. Für den Schutz des
Wasserheizers wird (muss) auch das Getriebe
von der Zuluftklappe mit einer Rückfeder ge-
braucht (werden). Nach dem Spannungsausfall
wird sofort die Zuluftklappe geschlossen und
sie wird nicht von selbst wiederhergestellt und
muss vom Pult wiederhergestellt (neu gestartet)
werden.
b) Wenn die Anlage einen elektrischen Heizer
hat, hat sie zwei Schutzstufen gegen die Über-
hitze. Elektrischer Heizer ist gegen die Überhitze
mit zwei Arten des Kapillarthermoschutzes,
d.h. dem Handschutz und dem automatischen
Schutz, gesichert. Automatischer Thermoschutz
läuft an, wenn die Lufttemperatur +50 °C über-
schreitet; Handthermoschutz läuft an, wenn
die Lufttemperatur +100 °C überschreitet. Au-
tomatischer Thermoschutz von +50 °C wird fürs
Abschalten des elektrischen Heizers gebraucht,
wenn die Heizelemente über +50 ° erhitzen und
können beginnen, den Sauerstoff zu „brennen".
Kapillarthermoschütze unterscheiden sich
in ihrer Aufstellung nur dadurch, dass der
überhitzte automatische Thermoschutz selbst
in die Arbeitsstellung zurückkehrt. Im Falle des
Handthermoschutzes ist es nicht so, sie muss
in die Arbeitsstellung durch das Drücken der
RESET-Taste auf dem Bediendeckel des Heizers
zurückgebracht werden.
Wenn der Handthermoschutz anläuft, arbeiten
die Ventilatoren in voller Leistung bis dann, wenn
der Handschutz des Heizers wiederhergestellt
wird (durch das Drücken der RESET-Taste)
und die Anlage wieder eingeschaltet wird. Wenn
eine Störung des Heizers festgestellt wird,
kann der Handschutz des Heizers ungeachtet
der Temperatureinstellung auf dem Pult erst
dann wiederhergestellt werden, wenn man
die Störungsursache bewertet und man sich
vergewissert, dass diese Wiederherstellung
sicher ist. Es muss auch bewertet werden, ob
die anderen Automatik- und Anlagenelemente
nicht beschädigt sind.
Der Frostschutz des Unterschiedsdruck-
Wärmetauschers (durch Unterschiedsdruck-
relais PS 600; es wird nur in leistungsfähigeren
Anlagen ab 1.200 m3/h gebraucht).
Das Anlaufen des automatischen Ther-
moschutzes ergibt sich meistens wegen der
kleinen Geschwindigkeit eines Ventilators (des
beschädigten Ventilators, der blockierten/be-
schädigten Einnahmeklappe/Getriebe der Luft).
www.salda.lt