Rauwkostrasp
1,5 mm:
K/R-T= 1.
M = 2.
Rauwkostrasp
2-6 mm:
K/R-T= 2.
M = 2.
Rauwkostrasp
8 mm:
K/R-T= 3.
M = 1.
Fijne rasp
K/R-T= 1.
M = 2.
REINIGEN
Schakel de machine uit, haal de stekker uit
het contact of schakel de hoofdschakelaar
uit.
Reinig de machine altijd direct na gebruik.
Verwijder de roerder van de trechter (7:E)
door de moer (7:F) los te draaien met de
dopsleutel (5:C).
Verwijder de twee hulpstukken (1:K) resp.
de drie messen (1:L) door de moeren (1:M)
met de dopsleutel (5:C) los te draaien.
Als snijgereedschap voorzien is van de
aanduiding "diwash", lees dan de speciale
"diwash"-gebruiksaanwijzing en neem deze
aanwijzingen zorgvuldig in acht.
Reinig lichtmetalen voorwerpen nooit in de
vaatwasser, tenzij zij zijn voorzien van de
aanduiding "diwash".
Als u een blokrooster (3:G) gebruikt heeft,
in de machine laten zitten en eerst de
achtergebleven blokjes met de borstel (5:B)
verwijderen.
Verwijder de losse onderdelen van de
machine. Was deze af en laat ze goed
drogen.
Neem het machinehuis af met een vochtige doek.
Laat ongebruikt snijgereedschap nooit
vochtig liggen.
Bewaar snijgereedschap altijd aan de
rekken (5:A) aan de wand.
Gebruik nooit scherpe voorwerpen of
hogedrukspuiten.
Spuit nooit water op de zijden van de
machine.
CONTROLEER ELKE WEEK:
Of de machine afslaat als de vergrendeling
(2:F) omlaag geklapt wordt.
Of de machine afslaat als de vergrendeling
van de trechter (7:D) of de vulbuis (8:D) met
de klok mee wordt gedraaid naar
onvergrendelde positie en of de machine
weer aanslaat als de vergrendeling met de
klok mee in vergrendelde stand gedraaid
wordt.
Of de machine afslaat als de
voedingsplaat van het handbediende (1:C)
of perslucht-aangedreven (1:D) kool/
rauwkost-toebehoren (6:A) opzij gedraaid
wordt zodat de opening van de
voedingscilinder (6:B) groter wordt dan 60
mm, en of de machine weer start nadat het
kool/rauwkosttoebehoren terug over de
voedingscilinder (5:A) gedraaid is.
Haal de stekker uit het contact of schakel de
hoofdschakelaar uit en controleer daarna
of de elektrische kabel intact is en geen
barsten vertoont.
Als de elektrische kabel niet intact is, als hij
barsten vertoont of als een van de beide
veiligheidsvoorzieningen niet mocht
werken, dan moet de hulp van een vakman
worden ingeroepen voordat de machine
weer in gebruik genomen mag worden.
Controleer of de zichtbare bouten en
schroeven aangehaald zijn.
Of de scharnierpennen (2:G) voldoende
gesmeerd zijn.
Of de zuigeras van het rauwkost/
kooltoebehoren (9:F) schoon is en licht
loopt.
Of de machine stevig staat met behulp van
de verstelbare pootjes.
Controleer of messen en raspen intact en
goed scherp zijn.
STORINGZOEKEN
STORING: De machine wil niet starten of
slaat af als hij in werking is en kan niet
opnieuw worden gestart.
MAATREGEL: Controleer of de stekker in
het contact zit en of de hoofdschakelaar is
ingeschakeld. Druk de startknop in (2:B).
Monteer een voedingscilinder (1:E/1:F) en
een voedingstoebehoren (1:A/1:B/1:C/
1:D). Draai het voedingstoebehoren (7:D/
8:D) tegen de klok in naar vergrendelde
positie. Verplaats de voedingsplaat van het
kool/rauwkosttoebehoren (6:A) naar het
midden van de voedingscilinder.
Controleer of alle componenten goed
gemonteerd zijn en of de zekeringen in de
kast heel zijn en van het juiste ampèrage
zijn. Wacht enkele minuten en probeer de
machine nogmaals te starten. Als dit niet
lukt de hulp van een vakman inroepen.
STORING: Te lage capaciteit of slecht
snijresultaat.
MAATREGEL: Kies het juiste
snijgereedschap of combinatie van
snijgereedschappen (3). Monteer de
veerschroef (4:G), de vergrendelingsbout
(4:F) of de centrumkap (4:E). Zorg ervoor
dat de snelheidsregelaars van de machine
(10:L) en het perslucht-aangedreven kool/
rauwkosttoebehoren (10:M) in de juiste
stand staan volgens de tabel onder
INSTELLEN VAN SNELHEIDSREGELAAR,
en of de manometer (10:F) 4 bar aangeeft.
Controleer of de voedingszuiger (10:I) van
het perslucht-aangedreven kool/
rauwkosttoebehoren de juiste snelheid
heeft, stand '1' = ca. 12 sec/zuigercyclus,
stand '2' = ca. 8 sec./zuigercyclus, stand 3
= ca. 4 sec./zuigercyclus (af te stellen door
erkend vakman). Controleer of messen en
raspen intact en scherp zijn. Druk het
produkt losjes in de machine.
STORING: het snijgereedschap (3) kan niet
worden uitgenomen.
MAATREGEL: gebruik altijd de uitvoerschijf
(4:A). Gebruik een dikke leren handschoen
of iets dergelijks waar de machine niet door
heen kan snijden en draai het
snijgereedschap met los de klok mee.
STORING: De centrumbus (4:E), de
vergrendelingsbout (4:F) of de veerschroef
(4:G) kunnen niet worden verwijderd.
MAATREGEL: met de sleutel (4:H) met de
klok mee losdraaien.
TECHNISCHE GEGEVENS
Machine: Motor, 2 snelheden, 1,5/0,9 kW,
400 V, 3-fase, 50 Hz, motorbeveiliging
instelling 3,7 A. Transmissie: tandwiel.
Veiligheidssysteem: Drie
veiligheidsschakelaars.
Beschermingsklasse: IP45.
Wandaansluiting: geaard, 3-fase, 16 A.
Zekering in zekeringenkast: 10A, traag.
Geluidsniveau lpA (EN31201): 70 dBA.
PERSLUCHT -AANGEDREVEN VOEDER: 3
snelheden en variabele druk. Aanbevolen
luchtcapaciteit en druk: 48 l/min, 6 bar.
GEREEDSCHAP: Diameter 215 mm.
Toerental: 400/200 t.p.m.
MATERIAAL: Machinehuis,
voedingscilinders en voedingstoebehoren:
Geëloxeerde en gepoleerde
aluminiumlegering en/of roestvaststaal.
Snijschijven: Aluminiumlegering. Messen
van snijschijven: Hoogwaardig
messenstaal.
NETTOGEWICHT Ä Machine: 54 kg.
Cilinder: 6 kg. Trechter met cilinder: 12 kg.
Persluchtvoeder: 1 1 kg. Handbediende
voeder: 5 kg. Vulbuis: 5 kg.
Snijgereedschap: Ca. 1 kg gemiddeld.
NORMEN: NSF STANDARD 8. EN 1678
1998-05-08. EU Machinerichtlijn 89/392/
EEC 1989-06-14, 91/368/EEC 1991- 06-20,
93/44/EEC 1993-06-14, 93/68/EEC 1993-
07-22, EMC 89/336/EEC.