− Bij het zagen van hout dienen cirkelzagen aan een
stofopvangvoorziening te worden aangesloten.
Let steeds erop, dat geen te grote stofconcentratie ontstaat.
− Houdt het zaagblad steeds goed gescherpt en let
erop, dat de beschermkap op het werkstuk is gedaald.
− Gebruik steeds een geschikte afzuiginstallatie.
− Houtstof is ontplofbaar en kan schadelijk voor de
gezondheid zijn.
− Vooral tropisch hout alsook beukenhout en eikenhout
zijn als kankerverwekkend genoteerd.
Laat de machine niet zonder toezicht achter.
Personen onder de 18 jaar mogen niet met deze machine
werken. Uitgezonderd zijn personen boven de 16 jaar in
opleiding onder toezicht.
Hou andere personen op afstand.
Laat andere personen, in het bijzonder kinderen, het
gereedschap of de kabel niet aanraken.
Houdt ze ver van uw werkplek weg.
Neem altijd een positie in zijdelings van het zaagblad,
buiten het zaagvlak.
Neem de correcte werkpositie in. Stelt u zich voor aan de
bedienerkant, frontaal ten opzichte van de zaag rechts
naast de zaagbladlijn.
Verwijder vóór het zagen alle nagels en metalen
voorwerpen uit het werkstuk.
Let erop dat het werkstuk geen kabels, touwen, snoeren of
dergelijke omvat. Begin pas met zagen als het zaagblad op
toeren is.
Overbelast de machine niet. U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
Maak gebruik van het correct elektrisch werktuig.
Maak geen gebruik van machines met een zwak vermogen
voor zware werkzaamheden. Gebruik het elektrisch
werktuig niet voor doeleinden, waarvoor het niet bestemd is.
Gebruik bijvoorbeeld geen handcirkelzaag voor het snijden
van boomtakken of gekloofd hout.
Werk alleen met alle veiligheidsvoorzieningen op de juiste
wijze aangebracht. Verander niets aan de machine wat de
veiligheid in gevaar kan brengen.
Vervang bij uitgeslagen zaagspleet het tafelinzetstuk.
Werk niet met gescheurde of vervormde zaagbladen.
Gebruik alleen scherpe zaagbladen. Stompe zaagbladen
verhogen het gevaar van terugslag van het werkstuk en
belasten de machine enorm.
Het toepassen van HSS zaagbladen is niet toegestaan.
Deze bladen zijn zeer hard en bros. Hierdoor ontstaat ge-
vaar voor verwonding door breuk en weg geslingerde delen.
Het gebruik van gereedschappen en toebehoren van
een ander fabrikaat kan risico's met zich meebrengen.
Let erop dat het zaagblad met de onder „Technische
gegevens" vermelde afmetingen overeenstemt en voor het
materiaal van het werkstuk geschikt is.
Gebruik slechts zaagbladen, waarvan de maximumsnelheid
niet geringer is, dan de maximale spindelsnelheid van de
tafelcirkelzaag en de te snijden grondstof.
Let erop, dat een voor de te snijden grondstof geschikt
zaagblad wordt gekozen.
Maak gebruik van de ingesloten splijtwig. Het dient zo te
worden ingesteld dat zijn afstand ten opzichte van de
96
tandkrans van het zaagblad boven de tafel uiterlijk 2-5 mm
bedraagt
Vergewist u zich bij de inbouw van het zaagblad ervan, dat
de splijtwig in één lijn met het niveau van het zaagblad is.
Maak bij lange werkstukken gebruik van een aanvullende
steun (bv tafel, bok) om een kantelen van de machine te
voorkomen. Laat geen andere personen het werkstuk
houden.
Er moet erop worden gelet, dat alle werkstukken bij het
bewerken veilig gehouden en veilig gevoerd worden. Te
kleine werkstukken niet snijden.
Zag dunne of dunwandige werkstukken alleen met
fijntandige zaagbladen.
Zaag steeds enkel één werkstuk. Nooit meerdere
werkstukken gelijktijdig of tot een bundel samengevatte
afzonderlijke stukken zagen. Er bestaat gevaar, dat
afzonderlijke stukken van het zaagblad ongecontroleerd
worden gegrepen.
Gebruik de machine alleen waar hij voor gemaakt is (zie het
betreffende hoofdstuk).
Gebruik bij het zagen van smalle werkstukken (tot 120
mm. tussen het zaagblad en de aanslag) de bijgeleverde
duwstok.
Gebruik bij het aandrukken van kleine werkstukken een
duwhout. Deze zijn in de handel verkrijgbaar.
Gebruik geen kapotte duwstok of duwhout.
De schuifstok resp. de handgreep voor een schuifhout
dienen bij niet-gebruik steeds aan de tafelcirkelzaag te
worden bewaard.
De beschermkap voor de zaag altijd gebruiken. Deze is zo
in te stellen dat hij de tanden van het zaagblad die boven
het werkstuk uitsteken, afdekt.
Zorg ervoor dat de losse delen van het werkstuk niet door
het zaagblad geraakt en weg geslingerd kunnen worden
Verwijder de spannen, splinters en het afval in de buurt van
het zaagblad niet met de handen.
Dwarssneden alleen met verstekaanslag uitvoeren.
Het gebruik van freesschijven en slingerzagen is niet
toegestaan.
Cirkelzagen mogen niet voor het sleuven (in het werkstuk
beëindigde groef) worden toegepast.
Nooit in de draaiende machine grijpen. Houdt handen,
vingers en armen van het roterend zaagblad weg.
Grijp nooit over of om het zaagblad. Grijp in het bereik van
het zaagblad niet achter het aanslagrail, de afstand van de
hand naar het roterend zaagblad is hierbij te gering.
Houdt steeds voldoende afstand tot het zaagblad. Houdt
gedurende het bedrijf voldoende afstand tot aangedreven
bouwdelen.
Het zaagblad loopt na. Wacht tot het zaagblad stil staat,
alvorens u splinters, spanen en afvallen verwijdert.
Rem het zaagblad niet door zijdelingse druk af.
Bescherm het zaagblad tegen slag en stoot. Zet het aan
geen zijdelingse druk bloot.
Schakel de machine uit en neem de steker uit het
stopcontact bij:
− Reparatiewerkzaamheden
− Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
− Controleren of de aansluitkabels verstrengeld of
beschadigd zijn