1 Plaats de basisplaat (1), conform
met de maten.
5 Maak drie gaten (5) om de
bovenafdekking vast te zetten.
Gebruik een boor van 6,5 mm.
10 Met de o-ring (T) op zijn plaats,
plaats de bovenafdekking (10),
zodat de gleuf overeenkomt met
de rand van het kader (R).
11 Met de o-ringen (S) op hun plaats,
breng de bovenste bout (11) en de
steunplaat (12) aan.
Montage
2 Met behulp van het meegeleverde
sjabloon, 4 gaten (2) boren voor de
bevestiging van de aandrijving met
een boor van 10,5 mm.
P248A1
6 Breng de aandrijvingen aan en
plaats de schroeven (6) zonder
deze aan te trekken. Op ijzeren
kaders is het noodzakelijk de
plaat P in te voegen tussen de
aandrijving en het kader.
7 Installeer de doppen (7) om het
binnendringen van water te
voorkomen.
P
6
P248D1
12 Plaats de hoek (13) volgens de
maten.
13 Trek de pakkingen (14) aan.
13
12
11
10
P248H1
3 Maak de gaten (3) van 6,5 mm.
4 Alleen aandrijvingen met vergrendeling:
boor de gaten (4) van 21 mm.
P248B1
8 Monteer de onderste afdekking (8).
9 Plaats de huls (9) op de as van de
a a n d r i j v i n g
bevestigingsschroeven (6) vast.
P l a a t s h e t g e h e e l ( M ) o p d e
basisplaat (1), en koppel het
aandrijfwiel (9) op correcte wijzen.
7
P248F
14 Plaats de schroeven en borgringen
(15).
15 Monteer de waterafdichtingen (16).
14
15
P248I1
P248C1
e n
d r a a i
d e
6
9
P248G1
16
15
P248J1
19