Afb. 4 :
1 stuurschoot
2
slotschoot
3 nachtschoot
Vergrendeling via de
sluitcilinder is niet
mogelijk
NL
126
Functies en bediening
Zelfvergrendeling
1
2
3
Het veiligheidsslot 309N is mechanisch zelfvergrendelend. Bij een deurslot
met zelfvergrendeling is de gesloten deur permanent vergrendeld.
Werkingsprincipe
Bij het sluiten van de deur wordt de uitgeschoven dagschoot (Afb. 4 –
op de sluitplaat naar binnen geduwd. Zodra de dagschoot naar binnen is
geduwd, laat ook de stuurschoot (Afb. 4 –
Wanneer de deur volledig gesloten is, schuift de dagschoot in de schoot-
opening in de sluitplaat en is dan weer uitgeschoven, de stuurschoot blijft
naar binnen geduwd.
Wanneer de dagschoot uitgeschoven is en gelijktijdig de stuurschoot naar
binnen geduwd is, wordt de nachtschoot (Afb. 4 –
veermechanisme uitgeschoven. Deze verloopsturing verhindert bij normaal
gebruik dat de nachtschoot bij geopende deur wordt uitgeschoven.
Profielcilinder (sluitcilinder)
De werking van de profielcilinder verschilt per slotvariant ("Ontgrendelen",
pagina 127).
Via de profielcilinder (sluitcilinder) wordt/worden het slot ontgrendeld
resp. de deurkrukken in- en uitgekoppeld. Het vergrendelen via de sluitcilin-
der is niet noodzakelijk en niet mogelijk. De sluitcilinder loopt inwendig
tegen een aanslag, zodat deze niet volledig doorgedraaid kan worden.
Bij normaal gebruik moet de sleutel uit het slot verwijderd zijn.
1
) zich naar binnen duwen.
3
) vrijgegeven en via een
Functies en bediening
2
)