wordt geactiveerd en de frequentie wordt uitgeschakeld. U kunt ook de draairegelingen gebruiken om de
frequenties te versterken met max. 12dB. Doorgaans staan deze draairegelingen op "0".
U kunt de kill-functie voor elk kanaal gebruiken om lage, midden en hoge frequenties uit te schakelen voor een
betere mix. U kunt er ook frequenties van beide kanalen mee mixen en zo speciale effecten creëren.
14. BPM display
Kanaal A en kanaal B zijn uitgerust met een BPM display. Deze displays worden om de 2 seconden aangepast
en ze geven het aantal beats per minuut aan.
U leest "- -" op de display indien het aantal beats niet kan worden gemeten of wanneer er geen signaal is.
Gebruik de BPM displays om te bepalen welke nummers (ongeveer) hetzelfde aantal beats per minuut hebben.
Gebruik de pitchregeling van één van de bronnen om de BPM af te stemmen op de BPM van de andere bron
wanneer u twee nummers wilt mixen met ongeveer hetzelfde aantal BPM. De BPM displays worden om de twee
seconden aangepast en ze geven aan wanneer de BPM van beide bronnen op elkaar zijn afgestemd.
15. Punch out knop
Met de punch out knop (13) kunt u het signaal van een bepaald kanaal uit de mix halen wanneer de crossfader
op dat kanaal is afgestemd.
16. Voedingsschakelaar
Schakelt het toestel in en uit. Plaats alle regelingen in de minimumstand wanneer u deze schakelaar bedient.
17. Draairegeling voor niveau koptelefoon
Regelt het niveau van de stereo koptelefoon.
18. Koptelefoonjack
Hier sluit u de koptelefoon aan.
19. Kanaalmix via koptelefoon
De gebruiker hoort zowel het CUE als het masterkanaal door de koptelefoon. Dit systeem bepaalt het volume in
de mix van elk van die twee kanalen.
20. Talkover keuzeschakelaar
De LED gaat branden wanneer de schakelaar ON is en het volume van alle kanalen wordt verminderd met
12dB, met uitzondering van het DJ MIC kanaal.
21. Uitgangsniveau master 1
Regelt het niveau van het uitgangssignaal van master 1.
22. Uitgangsniveau master 2
Regelt het niveau van het uitgangssignaal van master 2.
23. Draairegeling voor balans
Regelt het niveau van het linker-/rechterkanaal.
24. VU meters
De LEDs geven het linker- en rechterniveau aan van de masteruitgang.
25. Mono/stereo selecteren
Activeer de MONO knop (mono LED gaat branden) om alle uitgangen MONO te maken.
26. Displayknop
De LED display geeft het niveau aan van masteruitgangen 1 & 2 of de niveaus van kanalen A & B. Druk op de
displayknop en kies één van de opties. Wanneer de LED display in de CH A / CH B mode staat, kunt u het
signaal van die twee kanalen gelijk schakelen via de individuele gain- en toonregelingen. De schuifschakelaars
van de individuele kanalen en de crossfader hebben dan geen effect op de uitlezing die op de display verschijnt.
6. Beschrijving achterpaneel (zie figuur op blz. 4)
27. Ingangsconnector
Deze RCA jack kan worden verbonden met PHONO 1 (CH A)
28. Ingangsconnector
Deze RCA jack kan worden verbonden met CD 1 (CH A)
29. Ingangsconnector
Deze RCA jack kan worden verbonden met PHONO 2 (CH B)
PROMIX4000
8
VELLEMAN