NL
BE
Let op geluidsoverlast en plaatse-
lijke voorschriften.
Aan- en uitschakelen
1. Vorm uit het uiteinde van het ver-
lengsnoer een lus, leid deze door
de opening aan het grijpgedeelte
en haak deze in de trekontlasting
(4) vast.
2. Sluit het apparaat aan op de net-
spanning.
3. Zorg voor een stabiele houding
en houdt het apparaat met beide
handen goed vast. Zet de snijd-
kop niet op de grond.
4. Om het apparaat te starten, drukt
u op de aan-/uitschakelaar, de
kantentrimmer draait met hoogste
snelheid (3). Om uit te schakelen,
laat u de schakelaar weer los.
Na uitschakeling van het apparaat
draait de snijdkop nog enkele se-
konden door.
De schakelaar "Aan/uit" mag niet
worden vergrendeld. Indien de
schakelaar beschadigd is, mag
er niet meer met het apparaat
worden gewerkt. Gevaar voor
verwondingen als na het loslaten
van de schakelaar "Aan/uit" de
motor niet uitschakelt.
Attentie: reinig de snijmesjes re-
gelmatig zodanig dt het snijeffect
verbetert.
Instellingen aan het
apparaat
Extra handgreep verstellen:
U kunt de extra handgreep in verschillende
posities brengen. Stel de handgreep zoda-
36
nig in, dat de snoeikop in de werkhouding
lichtjes voorwaarts helt.
Draai de handgreepschroef (16) los en
verstel de extra handgreep (5) in de
gewenste positie. Draai de handgreep-
schroef terug vast aan.
Hoogteverstelling:
De telescopische buis stelt u in staat, het
apparaat op uw individuele lichaamslengte
in te stellen.
Maak de schroefhuls (7) los. Breng de
telescopische buis (8) op de gewenste
lengte en schroef de schroefhuls terug
vast.
Grijpgedeelte verstellen:
Het grijpgedeelte kan 90° en 180° gedraaid
worden.
Trek de hefboom (6) naar beneden en
draai het grijpgedeelte (1) totdat het in
de gewenste positie vastklikt.
Afstandsbeugel (bescherming van bloe-
men) verstellen:
De afstandsbeugel houdt niet te snoeien
planten en stammen op een afstand.
Om te trimmen, klapt u de afstands-
beugel (13) nar beneden.
Als de afstandsbeugel niet benodigd
wordt (parkeerstand), kan hij naar bo-
ven weg geklapt worden.
Snijdraad verlengen
Een te korte of versleten draad
maait slecht. Kontroleer daarom
bij onvoldoende maaiprestatie, of
de draadspoel nog over voldoende
draad beschikt. Trek eerst de stek-
ker uit het stopkontakt! Het ver-
vangen van de spoel wordt in het
gedeelte Reiniging en onderhoud
„Vervangen van de snijdinrichting"
beschreven.