TECHNISCHE INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR
4.4 Eerste ontsteking
De controles die men in dit geval moet uitvoeren zijn de volgende:
1. Controleer dat:
- De electrische aansluiting goed is uitgevoerd met een tweepoli-
ge schakelaar met contactafstanden (in open stand) van min-
stens 3 mm en dat ook de aardaansluiting correct is uitgevoerd;
- De dop op de automatische ontluchter wat losser is gedraaid als
het systeem eenmaal gevuld is;
- Er water wordt bijgevuld als de druk in het systeem minder is dan 1 bar;
- De gaskraan dicht staat.
2. Zet de ketel onder spanning door schakelaar "A" in positie <I> te
zetten (de groene led "D" zal aangaan). Daarna zet men de knop
"C" in een stand tussen het minimum en het maximum. Op die
manier staat de ketel in de winterstand en de circulatiepomp zal
gaan draaien. Men laat de ketel nu even zo werken, zodat hij de
lucht uit het systeem kan werken. Na 7 seconden zal de ketel
een "mislukte ontsteking" melden. Men doet dan het volgende:
Maak de dop voor op de pomp wat los om eventueel opgehoopt
lucht eruit te laten;
- Herhaal de ontluchtingsprocedure van de radiatoren;
- Laat even wat tapwater doorlopen;
- Controleer de druk op het systeem. Als deze is afgenomen draait
men de vulkraan open totdat de druk weer 1 bar is.
3. Controleer dat de rookgasafvoerkanalen niet verstopt of vuil zijn.
4. Controleer dat eventueel in het verwarmingssysteem aanwezige
kleppen open staan.
5. Open de gaskraan en controleer of er geen gaslekken zijn op de
verschillende verbindingsstukken, hiervoor kan men zeepwater
gebruiken. Zonodig verhelpen.
6. Deblokkeer het ontstekingssysteem door op de resetknop "H" te
drukken en deze weer los te laten. De vonken zullen nu de brander ont-
steken. Lukt dit niet, dan doet men nog een paar pogingen.
7. Controleer de minimale en maximale drukwaarde van het gas in
de brander. Regel deze bij aan de hand van de tabel in hoofdstuk
4: "AFREGELINGEN GAS".
4.5 Regeling van de bedrijfcondities
Men kan de volgende zaken afregelen:
- De temperatuur van het verwarmingswater, met knop "C".
- De temperatuur van het tapwater, met knop "B".
- Kies met keuzeschakelaar "G" een van de twee standen "eco-
nomy" -E- of "comfort" -C-; de functie economy is de normale
stand voor de ketel, het tapwater zal dan alleen worden verwarmd
als de gebruiker er om vraagt.
De functie comfort is een speciale mogelijkheid waarin het water in
de primaire en secundaire warmtewisselaar op temperatuur worden
gehouden zodat het tapwater sneller beschikbaar is, dat is comfor-
tabeler voor de gebruiker.
Om bij de gereserveerde regelfuncties te kunnen komen moet men
het bedieningspaneel openen, zoals uitgelegd in paragraaf 3.3.
Daarna haalt men het achterste luikje weg door de twee bevesti-
gingschroeven los te draaien. Op die manier kan men bij de elec-
tronische kaart en de volgende onderdelen:
1. Voedingskabelconnector;
2. Zekeringen;
3. Potentiemeter voor de langzame ontsteking, het thermische ver-
mogen is hiermee regelbaar van een minimale tot een maximale
waarde, reeds in de fabriek afgesteld.
4. Potentiemeter voor het maximale thermische vermogen, regel-
baar van een minimale tot een maximale waarde. Deze is in de
fabriek reeds ingesteld op 70% van het maximale thermische ver-
mogen);
5. Selector voor de afstelling van de ontstekingsvertraging (in
fabriek afgesteld op 2 minuter);
6. Vloerverwarming omschakeling
7. Schakelaar voor nadraait jd ventilator Ingesteld in fabriek om niet
na te draaien (Pos. B) Om nadraaitijd te bekomen instellen naar
positie A. Schakelaar voor nadraaitijd ventilator Ingesteld in
fabriek om niet na te draaien (Pos. B) Om nadraaitijd te bekomen
instellen naar positie A.
8. Aansluitconnector voor programmeerklok (optional).
4.6 Regelen van het maximale verwarmings
vermogen
Deze ketel is voorzien van een instelpotentiometer welke toelaat het
vermogen van de centrale verwarming te begrenzen of aan te pas-
sen aan de behoeften van de woning. (potentiometer F)
De tabel geeft aan :
- De verhouding tussen de branderdruk en het vermogen voor de
verwarming.
- Het vermogen van de ketel voor verwarming is op 70% geregeld
in de fabriek
VERWARMINGSVERMOGEN / DRUK AAN UITGANG
model 23
model 27
BUTAANGAS
model 23
model 27
Heiztechnik
AARDGAS
31