Verbinding maken met het Wi-Fi-netwerk van uw router
Wi-Fi Name
Wi-Fi Password
Zodra de router met een mobiel datanetwerk is verbonden, kunt u uw computer of mobiele telefoon met het
Wi-Fi-netwerk van de router verbinden om toegang te krijgen tot het internet. Raadpleeg het label op de
achterkant van de router voor de standaard Wi-Fi-netwerknaam (Wi-Fi Name) en het standaard wachtwoord
(Wi-Fi Password).
Als het Wi-Fi-indicatielampje constant brandt, is Wi-Fi ingeschakeld. Raadpleeg de
l
webbeheerpagina van de router om Wi-Fi in of uit te schakelen.
Zorg ervoor dat u direct de naam en het wachtwoord voor het Wi-Fi-netwerk wijzigt op de
l
webbeheerpagina om onbevoegde toegang tot uw Wi-Fi-netwerk te voorkomen. Zodra u het
wachtwoord hebt gewijzigd, moet u opnieuw verbinding maken met het Wi-Fi-netwerk van de
router.
Wi-Fi Password
52
Wi-Fi Password: