2.4 Elektromagnetische straling
OPGELET!
De standaarduitvoering van uw elektrische rolstoel is getest op de van
toepassing zijnde eisen met betrekking tot elektromagnetische straling
(EMC-eisen). Ondanks deze testen
kan niet worden uitgesloten dat elektromagnetische straling invloed kan
hebben op de rolstoel. Bijvoorbeeld:
• mobiele telefoons
• medische apparatuur
• andere bronnen van elektromagnetische straling
Het is het niet uit te sluiten dat de elektrische rolstoel
elektromagnetische velden beïnvloedt. Bijvoorbeeld:
• winkeldeuren
• alarmsystemen in winkels
• garagedeuropeners
In het onwaarschijnlijke geval dat zich dergelijke problemen voordoen,
vragen we u direct contact op te nemen met uw dealer.
GEVAAR!
• Wanneer er gebruik wordt gemaakt van tweezijdige
radioverbindingen, walkietalkies, C.B., amateurradio, mobiele
publieke radioapparatuur of andere krachtige zendapparatuur, moet
de rolstoel tot stilstand worden gebracht en uitgezet.
• Het gebruik van draadloze telefoons en mobiele telefoons, zoals
handsfree apparatuur, is geoorloofd, maar als de rolstoel vreemd
(rij)gedrag vertoont, moet de stoel onmiddellijk tot stilstand worden
gebracht en uitgezet.
2.5 Veiligheid: Verstikkingsgevaar
GEVAAR!
In dit mobiliteitshulpmiddel zijn kleine onderdelen verwerkt die onder
bepaalde omstandigheden een verstikkingsgevaar voor kleine kinderen
kunnen vormen.
2.6 Veiligheid: Gebruik van een (op een voertuig bevestigde)
rolstoellift
In bussen, minibussen en gebouwen worden rolstoelliften gebruikt om u
te helpen van een bepaald niveau naar een ander niveau te komen.
GEVAAR!
• De rolstoelgebruiker en alle verzorgers dienen de instructies van de
liftfabrikant volledig te begrijpen wanneer er gebruik gemaakt wordt
van de lift.
• Overschrijd nooit de aanbevolen richtlijnen voor maximaal veilige
belasting.
• Zet altijd alle stroom uit wanneer u zich op de lift bevindt. Als u dit
niet doet en onverhoopt de joystick aanraakt, kan dit tot gevolg
hebben dat uw rolstoel van het platform afrijdt. De rolstop-beveiliging
aan de rand van het platform kan dit niet altijd voorkomen.
• De gebruiker moet altijd op een goede en veilige manier in de rolstoel
worden geplaatst om te voorkomen dat hij of zij valt terwijl de
rolstoel op het liftplatform staat.
• Controleer altijd of de stoel in de rijmode staat wanneer men
gebruik maakt van een passagierslift (wielen vergrendeld, niet in
vrijloopmode).
94
Fig. 2.9.1 MWD
Fig. 2.9.2
VWA
Fig. 2.10
Q700-UP M/F Rev.B