1) ALGEMEEN
De actuator ICARO N F biedt een grote veelzijdigheid voor de installatie,
dankzij de uiterst lage positie van de rondselas, de compacte afmetingen
van de actuator en de hoogte- en diepteafstelling waarover hij beschikt.
Hij is voorzien van een koppelingsysteem tussen de motoras en de
wormschroef in oliebad, teneinde de veiligheid te garanderen. De
handmatige noodmanoeuvre kan uiterst eenvoudig worden uitgevoerd
door middel van een knop met persoonlijke sleutel.
De stop aan het einde van de beweging wordt gecontroleerd door
elektromechanische microschakelaars of, voor erg koude gebieden,
door naderingssensoren. (ICARO PROX).
Het bedieningspaneel kan ingebouwd zijn of op een aparte kast
gemonteerd zijn.
"De installatie moet worden uitgevoerd door gekwalificeerd
personeel (professionele installateur, volgens EN12653), met
inachtneming van het Goed Gebruik en de geldende normen"
2) TECHNISCHE GEGEVENS
Voeding
220-230V 50/60 Hz (*)
Motor
220-230V 50/60 Hz (*)
Opgenomen vermogen 750W
Module rondselas
4mm (18 of 25 tanden)
Snelheid vleugel
9m/min (18 tanden) / 12m/min (25 tanden)
met rondselas Z18 20.000 N (≈2000kg)
Max. gewicht vleugel
met rondselas Z25 10.000 N (≈1000kg)
Max. koppel
40Nm
ICARO N F: inrichting detectie obstakels (ENCO-
Reactie op de botsing
DER)
Smering
ERGOIL
Handmatige manoeuvre
Mechanische deblokkering met knop
Type gebruik
intensief
Omgevingscondities
van -15°C tot 60°C
ICARO NF IP24
Beschermingsgraad
ICARO NF PROX IP55
Lawaaierigheid
<70dBA
Gewicht aandrijving
25 kg
Afmetingen
Zie Fig. G
(*)Speciale voedingsspanningen op aanvraag.
3) VOORBEREIDING LEIDINGEN FIG.A
De elektrische installatie voorbereiden onder verwijzing naar de geldende
normen voor de elektrische installaties CEI 64-8, IEC364, harmonisatie
HD384 en andere nationale normen.
4) VOORBEREIDING BEVESTIGING MOTOR FIG.B
• Een uitgraving voorbereiden om een cement platform uit te voeren
met daarin verzonken de ankerbouten van de voetplaat voor de
bevestiging van de reductiegroep, met inachtneming van de afstanden
vermeld in FIG.B.
• Om de voetplaat in de juiste positie te houden tijdens de installatie,
kan het nuttig zijn twee ijzeren plaatjes onder de rail te lassen, om
daarop vervolgens de ankerbouten te lassen (FIG.I).
5) MONTAGE MOTOR FIG.C
6) MONTAGE ACCESSOIRES OVERBRENGING FIG.D-D1
7) CENTRERING TANDHEUGEL T.O.V. DE RONDSELAS FIG.J-K1-L
GEVAAR – De laswerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd
door een persoon die daartoe in staat is en is uitgerust met
alle persoonlijke beschermingen voorzien door de geldende
veiligheidsvoorschriften FIG.K.
8) EVESTIGING STANGEN AANSLAG FIG.E
De leischoenen moeten het hek blokkeren voordat dit de eerste
mechanische stopaanslag op de rails aantreft. De afstelling van de
eindstandleischoen voor het sluiten moet een ruimte van ongeveer 50 mm
vrij laten tussen het hek en de vaste vleugel, zoals voorgeschreven wordt
16 -
ICARO N F
INSTALLATIEHANDLEIDING
MOTOR
door de geldende veiligheidsvoorschriften of, anders, een gevoelige
rand aanbrengen van minstens 50 mm dik FIG. N.
9) STOPAANSLAGEN FIG.M
GEVAAR - Het hek moet zijn uitgerust met mechanische stop-
aanslagen zowel bij opening als bij sluiting, om te vermijden
dat het hek uit de bovenste geleider loopt. Deze moeten stevig
aan de grond bevestigd worden, een paar centimeter voorbij het
elektrische stoppunt.
10) ANDMATIGE DEBLOKKERING (Zie GEBRUIKERSHANDLEIDING
-FIG.2-).
Opgelet Niet HARD tegen de vleugel van het hek duwen, maar het
hek BEGELEIDEN gedurende de volledige slag.
----------------------------------------------------------
11) AANSLUITING AANSLUITKAST FIG. F
Na de passende elektrische kabels door de kanalen te hebben gevoerd
en de verschillende componenten van het automatiseringssysteem op
de vooraf gekozen punten bevestigd te hebben, wordt overgegaan tot
hun aansluiting volgens de aanwijzingen en de schema's aanwezig in
de desbetreffende instructiehandleidingen. De verbinding van de fase,
de neutraal en de aarde uitvoeren (verplicht). De netwerkkabel moet
geblokkeerd worden in de daarvoor bestemde kabelklem (FIG.O-ref.
P1), de kabels van de accessoires in de kabelklem (FIG.O-ref.P2), de
gele/groene geïsoleerde beschermingsleiding (aarde) moet worden
aangesloten in de daarvoor bestemde inspanklem (FIG.O-ref.GND).
FIG.O -rif. P3: aansluiting kabels eindaanslag.
12) VOOR DE INSTELLING VAN DE PARAMETERS VAN
DE MOTOR WORDT ER VERWEZEN NAAR DE
HANDLEIDING VAN DE BEDIENINGSCENTRALE
13) BEVESTIGING AFDEKKING FIG. Q
14) LET OP!
De moer van de mechanische koppeling (FIG. P) niet los- of aandraaien.