BEdIENING
Bediening
4.1.2 Display
Wanneer gedurende 20 seconden geen bediening wordt uitge-
voerd, schakelt de achtergrondverlichting uit. Door op een wille-
keurige toets te drukken, wordt de achtergrondverlichting weer
ingeschakeld.
Symbolen
Info
Wanneer de warmteafgifte (ontlading) via een aan de
wand gemonteerde thermostaat geregeld wordt, worden
niet alle symbolen weergegeven.
symbool Beschrijving
Tijdsaanduiding:
Weergave van de actuele tijd of van een geprogrammeerd start-
tijdstip
Timerwerking:
Het toestel warmt op overeenkomstig het geactiveerde tijdpro-
gramma.
Comfortwerking:
Het toestel houdt de ingestelde comforttemperatuur aan.
Standaardwaarde: 21,0 °C. Gebruik deze instelling voor comforta-
bele kamertemperaturen als u aanwezig bent.
Verlaagde werking:
Het toestel houdt de ingestelde verlaagde temperatuur aan.
Standaardwaarde: 18,0 °C. Gebruik deze instelling bijv. 's nachts
of wanneer u gedurende enkele uren afwezig bent.
Adaptieve start:
In timerwerking worden de schakeltijden van het verwarmings-
toestel dusdanig aangepast dat de ingestelde kamertemperatuur
reeds op het geprogrammeerde starttijdstip wordt bereikt.
Voorwaarde: de functie "Adaptieve start" is ingeschakeld (zie
hoofdstuk "Instellingen/basismenu").
Venster-open-herkenning:
Om nodeloos energieverbruik tijdens het ventileren te vermijden,
verlaagt het toestel bij een geopend venster automatisch gedu-
rende één uur de ingestelde kamertemperatuur naar 7,0 °C. Het
symbool "Venster-open-herkenning" knippert. U kunt de ven-
ster-open-herkenning na het ventileren handmatig beëindigen
met de toets "+" of "OK". Het toestel warmt weer op naar de inge-
stelde kamertemperatuur.
Voorwaarde: De venster-open-herkenning is ingeschakeld (zie
hoofdstuk "Instellingen/basismenu").
Bedieningsblokkering:
Om het bedieningspaneel te vergrendelen of te ontgrendelen,
houdt u de toetsen "+" en "–" gedurende 5 seconden tegelijk in-
gedrukt.
Bijkomende verwarming (toebehoren) vrijgegeven:
Wanneer de opgeslagen hoeveelheid warmte voor het verwarmen
van een ruimte niet meer voldoende is, verwarmt de bijkomende
verwarming aanvullend.
Weergave kamertemperatuur
Vrijgave ventilator actief:
Wanneer de kamertemperatuur daalt tot onder de ingestelde
kamertemperatuur, schakelt de ventilator in en geeft verwarmde
lucht aan de ruimte af totdat de ingestelde temperatuur bereikt is.
Parameter bewerkbaar:
De weergegeven parameter kan worden gewijzigd met de toetsen
"+" en "–".
Dagen van de week:
1 = maandag, 2 = dinsdag ... 7 = zondag
84
| ETW 120-480 Plus
4.2
Warmteopslag
Met de oplaadregeling wordt de mate van warmteopslag (opla-
ding) bepaald.
Welke instellingen u op de oplaadregeling dient uit te voeren, is
afhankelijk van het feit of u een toestel met of zonder centrale,
weersafhankelijke oplaadsturing gebruikt.
De weersafhankelijke oplaadsturing bevindt zich in de schakelkast.
4.2.1 Toestellen met weersafhankelijke oplaadsturing
f Roep met de toets "Menu" het basismenu op en druk op de
f
toets "OK".
f Zodra het symbool "Parameter bewerkbaar" verschijnt, stelt
f
u met de toetsen "+" en "–" de afzwakking van de oplaad-
graad in op 100%.
Info
Wanneer de warmteafgifte (ontlading) via een aan de
wand gemonteerde kamerthermostaat wordt geregeld,
stelt u de standaardweergave van de afzwakking van de
oplaadgraad met de toetsen "+" en "–" in.
De weersafhankelijke oplaadsturing zorgt voor de juiste oplading.
Info
Raadpleeg daarvoor de handleiding van de oplaadsturing
of het groepsregeltoestel.
Om individuele toestellen verschillend te regelen, kunt u via de
afzwakking van de oplaadgraad ook een manuele aanpassing van
het oplaadvolume uitvoeren.
Wanneer u de afzwakking van de oplaadgraad op 0% instelt,
wordt er niet opgeladen.
4.2.2 Toestellen zonder weersafhankelijke oplaadsturing
De oplaadhoeveelheid wordt via de afzwakking van de oplaad-
graad ingesteld.
f Roep met de toets "Menu" het basismenu op en druk op de
f
toets "OK".
f Zodra het symbool "Parameter bewerkbaar" verschijnt, stelt
f
u met de toetsen "+" en "–" de afzwakking van de oplaad-
graad in.
Info
Wanneer de warmteafgifte (ontlading) via een aan de
wand gemonteerde kamerthermostaat wordt geregeld,
stelt u de standaardweergave van de afzwakking van de
oplaadgraad met de toetsen "+" en "–" in.
Daarbij gelden de volgende richtwaarden:
Waarde
oplaadhoeveelheid
0 %
Geen oplading (in de zomer)
30 %
Ca. 1/3 van de volledige oplading voor overgangsseizoenen zoals
lente of herfst
70 %
Ca. 2/3 van de volledige oplading voor milde winterdagen
100 %
Volledige oplading voor koude winterdagen
Na een korte periode van gewenning beschikt u over voldoende
ervaring om telkens de juiste instelling te kiezen.
www.stiebel-eltron.com