Zorg voor goede werking
Onderhoud
De onderhoudswerken op de ketel
en de brander mogen alleen door
een specialist in
verwarmingsinstallaties uitgevoerd
worden. Om de regelmatige
onderhoudswerkzaamheden niet te
vergeten, verdient het aanbeveling
een onderhoudscontract te sluiten.
Opgelet !
De elektrische voeding afsluiten
alvorens de onderhouds- en
schoonmaakwerkzaamheden aan te
vatten.
Urentellers
Om de werkingstijd van de brander te
controleren, is het gebruik van een
urenteller aan te bevelen.
Al te korte werkingstijden veroorzaken
warmteverliezen bij het stilleggen. In
zulk geval moet de brander dus op een
lager vermogen worden ingesteld.
Controle van de
rookgastemperaturen.
· regelmatig de rookgastemperaturen
controleren.
· de ketel reinigen als de
rookgastemperatuur meer dan 30°C
boven die bij het starten ligt.
· installeer een rookgasthermometer
om de controle te vergemakkelijken.
Onderhoudsstand
Na het losschroeven van de schroeven
1 kan de basisplaat in twee
onderhoudsstand opgehangen worden.
24
A
Stand 1
Hoofdzakelijk voorzien voor het
plaatsen van de sproeierlijn.
· het koppelstuk stookolie 12
losschroeven
· de voedingskabel 9 afkoppelen
· de elektrodenblok 10 demonteren
· de regelschroef 11 naar links draaien
11/2004 - Art. Nr.13 010 767B
1
Bevestigingsschroeven van de
basisplaat
2
Aanhaakopeningen voor de
werkingsstanden
3
Ontstekingstransformator
5
Veiligheidsautomaat
6
Branderpomp
7
Sproeierlijn
8
Vlamdetector
9
Elektrische aansluiting van de
sproeierlijn
10
Elektrodenblok van de ontsteking
11
Instelschroeven van de kop
12
Stookolieaansluiting van de sproeierlijn
13
Sproeier
14
Deflector
15
Ventilator
Montage van de turbine
B
Voor het vervangen van de motor of
van de turbine, wordt verwezen naar
het positioneerschema hierboven. De
inwendige flens A van de turbine moet
uitgelijnd zijn met plaat B. Plaats een
lat tussen de turbineschoepen en breng
A en B op dezelfde hoogte. Schroef de
topschroef van de turbine vast
(onderhoudsstand 2).
Stand 2
Speciaal voorzien voor het vervangen
van de sproeier of van de ventilator. In
die stand wordt uitvloeien uit de
sproeierlijn vermeden. Bij vervangen
van de motor of de ventilator de
montageaanwijzingen voor de ventilator
in acht nemen.