richting de kap vast te klemmen. U dient er altijd
voor te zorgen dat zich langs de zaaglijn geen
spleet tussen het werkstuk, de kap en de tafel
bevindt. Verbogen of kromme werkstukken kunnen
verschuiven of verbuigen en kunnen ervoor zorgen
dat het ronddraaiende zaagblad tijdens het zagen
vastloopt. Er mogen zich gen spijkers of vreemde
voorwerpen in het werkstuk bevinden.
U mag de zaag pas gebruiken als er op de tafel
geen gereedschappen, houtschilfers e.d. liggen,
maar uitsluitend het werkstuk. Klein afval, losse
stukjes hout of andere objecten die in contact komen
met de ronddraaiende zaag, kunnen met hoge snelheid
worden weggeslingerd.
Zaag slechts één werkstuk tegelijk. Op elkaar
gestapelde meerdere werkstukken kunnen niet goed
worden vastgeklemd of geduwd; de zaag kan erop
vastlopen of de werkstukken kunnen tijdens het zagen
verschuiven.
Zorg ervoor dat de verstekzaag vóór gebruik op
een vlakke en stevige ondergrond is geplaatst of
gemonteerd. Een vlak en stevig werkblad verkleint de
kans dat de verstekzaag onstabiel wordt.
Plan uw werk. Telkens wanneer u de hoek- of
verstekstand aanpast, dient u ervoor te zorgen
dat de verstelbare kap correct is ingesteld om het
werkstuk te ondersteunen, en niet in de weg zit
van het zaagblad of het geleidesysteem. Duw het
zaagblad, zonder het gereedschap in de stand "ON"
te schakelen en zonder werkstuk op de tafel, door een
volledige gesimuleerde snede om te controleren dat er
niets in de weg zit en dat de kap niet door het zaagblad
wordt geraakt.
Zorg voor voldoende ondersteuning zoals een
verlenging van de tafel, zaagbok enz. als het
werkstuk groter is dan de bovenkant van de tafel.
Werkstukken die langer of breder zijn dan de tafel van
de verstekzaag kunnen kantelen als ze niet voldoende
worden ondersteund. Als het afgezaagde stuk of het
werkstuk zelf kantelt, kan hierdoor de onderste kap
omhoog komen of kan het door het ronddraaiende
zaagblad worden weggeslingerd.
Gebruik geen ander persoon als vervanging van een
verlengstuk van de tafel of als extra ondersteuning.
Instabiele ondersteuning van het werkstuk kan ervoor
zorgen dat het zaagblad vastloopt of dat het werkstuk
tijdens het zagen verschuift, en dat u en de helpende
persoon naar het ronddraaiende zaagblad worden
getrokken.
Het afgezaagde stuk mag op geen enkele manier
tegen
het
ronddraaiende
of worden gedrukt. Indien het wordt vastgeduwd,
bijvoorbeeld door stops in de lengte toe te passen, kan
het afgezaagde stuk tegen het zaagblad vast komen te
zitten en met geweld worden weggeslingerd.
Gebruik altijd een klem of een ander hulpstuk dat
is ontworpen om rond materiaal zoals stangen of
buizen goed te ondersteunen. Staven gaan tijdens
het zagen vaak rollen, waardoor het zaagblad zich
vast 'bijt' en het werkstuk samen met uw hand onder
BIJKOMENDE
VOOR DE STAND (UITSLUITEND BENEN)
zaagblad
vastlopen
de zaag trekt.
Laat het zaagblad op volle snelheid komen voordat
het in contact komt met het werkstuk. Dit zal de kans
verkleinen dat het werkstuk wordt weggeslingerd.
Als het werkstuk of het zaagblad vastloopt, schakelt
u de verstekzaag uit. Wacht tot alle bewegende
delen tot stilstand zijn gekomen, en koppel de
stekker los van de stroombron en/of verwijder de
accu. Probeer vervolgens pas het vastgeklemde
materiaal te verwijderen. Wanneer u door blijft
zagen terwijl het werkstuk vast zit, kan dit leiden tot
controleverlies of beschadiging van de verstekzaag.
Nadat u de snede hebt afgerond, laat u de schakelaar
los, houdt u de zaagkop omlaag en wacht u tot het
zaagblad tot stilstand is gekomen alvorens u het
afgezaagde stuk verwijdert. Het is gevaarlijk om met
uw hand in de buurt van het vrij draaiende zaagblad
te komen.
Houd het handvat stevig vast als u een onvolledige
snede maakt of als u de schakelaar loslaat voordat
de zaagkop helemaal in de onderste stand staat.
De remactie van de zaag kan ervoor zorgen dat de
zaagkop plotseling omlaag wordt getrokken, wat kans
geeft op letsel.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
De stand is uitsluitend ontworpen voor de RYOBI
EMS254L glijdende compacte verstekzaag. Verbind
geen enkel ander werktuig met de stand. Gebruik de
stand niet op een manier die niet in de instructies is
vermeld.
Plaats de stand op een stevig, effen oppervlak. Een
effen oppervlak (tegels of hout) kunnen ertoe leiden
dat uw voeten wegslippen tijdens gebruik. Waar
mogelijk plaatst u de stand op beton of een gelijkaardig
antislipoppervlak.
Volg zorgvuldig de instructies voor de montage van het
werktuig; zie grafiek verder in deze gebruiksaanwijzing.
Een foutief gemonteerd werktuig verhoogt het risico op
ernstige letsels.
Zorg ervoor dat alle bouten en verbindingselementen
van de stand stevig zijn vastgemaakt. Foutieve montage
kan ertoe leiden dat de stand in elkaar zakt. Controleer
regelmatig of de bouten stevig zijn vastgemaakt.
Verdeel de belasting altijd evenwichtig om te voorkomen
dat de stand kantelt. Als het werkstuk te lang is, gebruikt
u een steun om de belasting evenredig te verdelen.
Ondersteun het werkstuk voor u de zaagsnede maakt
om te verzekeren dat de belasting aan beide zijden van
de zaagsnede evenredig is.
Gebruik de stand niet als platform om op een hoogte
te werken en klim niet op de stand. Plaats geen zware
voorwerpen op deze stand.
Gebruik geen andere onderdelen of accessoires
dan die door de fabrikant voor deze machine zijn
aanbevolen en bijgeleverd. Deze handeling kan tot
ernstige verwondingen leiden.
EN
Nederlands
FR
DE
ES
IT
NL
PT
DA
SV
FI
NO
RU
PL
CS
HU
RO
LV
LT
ET
HR
SL
SK
BG
UK
TR
EL
47