Alarmen (standaardinstellingen)
7.2
Concentratie-hoofdalarm A2
GEVAAR
!
Levensgevaar! De zone direct verlaten.
Een hoofdalarm is zelfhoudend en kan niet worden
bevestigd (zie gebruiksaanwijzing X-am 5x00).
Onderbroken alarmmelding:
Bij A2 op het apparaat dat het alarm activeert:
Er klinkt een dubbele signaaltoon en de LED-lichtring knippert
rood (masteralarm).
Bij A2 op het apparaat dat het alarm ontvangt:
Er klinkt een dubbele signaaltoon en de LED-lichtring knippert
rood-groen (dochteralarm).
Voor
A1 = zuurstoftekort
O
:
2
A2 = zuurstofoverschrijding
WAARSCHUWING
!
Voordat de zone weer toegankelijk is, moet een
vrijgavemeting worden uitgevoerd!
Pas wanneer de concentratie de alarmgrens A2 heeft
onderschreden, is bevestigen mogelijk:
-toets indrukken.
OK
De akoestische alarmmeldingen worden uitgeschakeld.
7.3
Accu-vooralarm
Onderbroken alarmmelding:
Vooralarm bevestigen:
Accu-LED knippert rood.
-toets indrukken. Alleen het akoestische alarm wordt
OK
uitgeschakeld.
De accu werkt na het accu-vooralarm nog ca. 15 minuten.
7.4
Accu-hoofdalarm
Onderbroken alarmmelding:
Het
accu-hoofdalarm
akoestisch worden bevestigd:
Accu-LED knippert rood.
Het
apparaat
wordt
uitgeschakeld.
Voordat het apparaat uitschakelt, worden kortstondig een
optisch en akoestisch alarm geactiveerd.
158
kan
alleen
na
10 seconden
automatisch
7.5
Apparaatalarm
AANWIJZING
i
i
De apparaatstoring kan bij de X-zone of bij de
X-am 5x00 aanwezig zijn.
De signaaltoon kan met behulp van de PC-software
Dräger CC-Vision worden gewijzigd.
Een
storingscode
wordt
apparaatstoring weergegeven. De storingscode van de eerste
storing (met het laagste nummer) wordt weergegeven. Als er
meerdere lokale apparaatstoringen zijn, kunnen deze ofwel via
de infomodus worden weergegeven (zie hoofdstuk 3.1.4 op
pagina 144) of het apparaat moet met de PC-software Dräger
CC-Vision
worden
uitgelezen
pagina 162).
Onderbroken alarmmelding:
Weergave bij gegroepeerde
apparaten:
Weergave
bij
gegroepeerde apparaten:
Het toestel of één of meerdere sensorkanalen zijn niet
bedrijfsklaar.
Oplossingen, zie hoofdstuk 12 op pagina 163
Schakel, indien nodig, de DrägerService in voor het
verhelpen van de storing.
Om het apparaatalarm te bevestigen:
-toets indrukken.
OK
uitsluitend
bij
een
(zie
hoofdstuk 11
ARCL-0144
ARCM
X5
0009
ALL
niet
O
Vol%
2
20.9
0
1
X16
ALL
Dräger X-zone 5500 / 5800
lokale
op
04933112.eps
05033112.eps