Kanaal
Het kanaal van een handzender kan in een of meerdere ontvangers worden
geprogrammeerd. De aansturing van één ontvanger is een individueel com-
mando, die van meerdere ontvangers een groepscommando.
Zendcontrolelampje
Een radiosignaal wordt gesignaleerd door het oplichten van het zendcontrole-
lampje. Als het vermogen van de batterij zwakker wordt, dan knippert het
zendcontrolelampje bij het zenden. Het zendvermogen of de reikwijdte van het
radiosignaal wordt door het afnemen van het batterijvermogen gereduceerd.
Als het zendcontrolelampje bij indrukken van een toets niet meer oplicht, dan
moet de batterij worden vervangen.
Draadloze besturing programmeren
1) Masterzender programmeren
a) Ontvanger in de programmeermodus zetten
Neem goed nota van de montage- en gebruiksaanwijzing van
de ontvanger.
•
Schakel de spanningsvoorziening van de ontvanger uit en na 5 seconden
weer in.
of
•
Bedien de programmeertoets of de zwarte schakelaar (antennesymbool)
van de ontvanger.
De ontvanger bevindt zich nu gedurende 3 minuten in de programmeermodus.
b) Masterzender programmeren
Druk binnen de programmeermodus op de programmeertoets van de master-
zender tot de ontvanger het succesvol programmeren bevestigt.
Daarmee is het programmeren beëindigd.
30 - nl
Functiebeschrijving