Télécharger Imprimer la page

Ingersoll Rand ENL 100 CV Instructions De Montage Et De Service page 15

Masquer les pouces Voir aussi pour ENL 100 CV:

Publicité

english
The ENL 100 CV serves to discharge
condensate at places with a temporary
negative pressure (< 1 bar(abs) / 14
psi) and where backward suction of the
condensate must be prevented. During
negative pressure conditions, conden-
sate will not be discharged, this possibly
resulting in a backup. Subsequent to a
rise in pressure to approx. > 1.8 bar (abs)
(26 psi), condensate will be discharged
again and a possible backup reduced due
to a special function.
A turbo-compressor which is able to take
up a no-load mode (Vacuum) in individual
stages represents a typical field of ap-
plication.
english
The condensate flows through the feed
line (1) into the ENL unit and accumulates
in the container (2). A capacitive sensor
(3) continuously registers the liquid level
and passes a signal to the electronic
control as soon as the container is filled.
The pilot valve (4) is activated immedi-
ately and the diaphragm (5) opens the
discharge pipe via the check valve (6) in
order to discharge the condensate.
In the case of negative pressure (< 1
bar(abs) / 14 psi) the check valve (6)
shuts and prevents the condensate from
flowing back.
The pressure difference at the check
valve is < 0.1 bar (1.45 psi).
When the ENL is empty, the discharge
pipe will be closed tight, in sufficient time
before any unnecessary losses in pres-
sure may arise.
ENL 100 CV
français
Le ENL 100 CV sert à purger le conden-
sat à des endroits présentant momenta-
nément une dépression (< 1 bar(abs) /
14 psi) et où il faut empêcher toute ré-
aspiration du condensat. Aucune purge
de condensat n'est effectuée durant
la phase de dépression, ce qui peut
conduire à une accumulation. Dès que la
pression est à nouveau supérieure à 1,8
bar (abs) (26 psi) la purge du condensat
s'effectue à nouveau et l'éventuelle accu-
mulation est évacuée par une fonction
spéciale.
Les turbocompresseurs constituent des
applications typiques, car sur ce type de
compresseurs peuvent apparaître dans
certains étages des phases sans charge
(vide).
français
Amené dans le ENL par la conduite d'arri-
vée (1), le condensat est collecté dans
le réservoir (2). Une sonde capacitive
(3) surveille en permanence le niveau
de remplissage et envoie un signal à
la commande électronique dès que le
réservoir est rempli. La vanne pilote (4)
est immédiatement actionnée et la mem-
brane (5) ouvre, par l'intermédiaire de la
vanne anti-retour (6), la conduite d'éva-
cuation permettant d'assurer l'éclusage
du condensat.
En cas de dépression (< 1 bar(abs) /
14 psi) la vanne anti-retour (6) ferme
et empêche ainsi la ré-aspiration du
condensat.
La pression différentielle de la vanne anti-
retour est < 0,1 bar (1.45 psi).
Dès que le ENL est vidangé, la conduite
d'évacuation se referme immédiatement,
évitant ainsi toute perte de charge inutile.
http://www.ingersollrandproducts.com
nederlands
De ENL 100 CV dient voor de afleiding
van het condensaat op plekken die tij-
delijk onder te lage spanning staan (< 1
bar(abs) / 14 psi) en waar een terugzui-
gen van het condensaat moet vermeden
worden. Tijdens de periode van te lage
druk wordt er echter geen condensaat
afgeleid en zo kan een opstuwing ont-
staan. Nadat de druk weer gestegen is op
ca. > 1,8 bar (abs) (26 psi) wordt er weer
condensaat afgeleid en een eventuele
opstuwing wordt dan opgelost door een
speciale functie.
Een typisch voorbeeld voor een derge-
lijke gebruiksmogelijkheid is een turbo-
compressor die een no-load-toestand
(vacuum) kan aannemen in afzonderlijke
stappen.
nederlands
Het kondensaat stroomt door de toevoer-
leiding (1) in de ENL en verzamelt zich in
het reservoir (2). De capacitieve sensor
(3) registreert permanent het konden-
saatniveau en geeft een signaal aan de
elektronica, zodra het reservoir gevuld
is. De ventieleenheid (4) treedt hierdoor
in werking en het membraan (5) wordt
omhoog gedrukt. Onmiddellijk wordt de
stuurklep (4) in werking gezet en het
membraan (5) opent voor de uitsluising
van het condensaat de afvoerleiding via
het terugslagventiel (6).
In geval van te lage druk (< 1 bar(abs) /
14 psi) gaat het terugslagventiel (6) dicht
en verhindert zo het terugvloeien van het
condensaat.
De differentiedruk van het terugs-lagven-
tiel is < 0,1 bar (1.45 psi).
Wanneer de ENL leeg is wordt de afvoer-
leiding op tijd weer gesloten vooraleer er
onnodig perslucht wordt verloren.
15

Publicité

loading